Terug naar bibliotheek
Derde Boek. Van rechtspleging van onderscheiden aard
Zesde Titel. Rechtspleging in zaken betreffende het personen- en familierecht
Tweede afdeling. Rechtspleging in scheidingszaken
§ 2. Voorlopige voorzieningen
Artikel 823

Artikel 823 (Voorlopige ondertoezichtstelling kind)

Laatste versie

1. De rechter is bevoegd op verzoek van een echtgenoot of van de raad voor de kinderbescherming een kind onder toezicht te stellen als bedoeld in artikel 255 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

2. Artikel 826 is niet van toepassing.

Uitleg in duidelijke taal

1. De rechter is bevoegd op verzoek van een echtgenoot of van de raad voor de kinderbescherming een kind onder toezicht te stellen als bedoeld in artikel 255 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

Dit lid betekent dat de rechter de bevoegdheid heeft om een kind onder toezicht te stellen, zoals omschreven in artikel 255 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Dit kan gebeuren op verzoek van een echtgenoot of op verzoek van de raad voor de kinderbescherming.

2. Artikel 826 is niet van toepassing.

Dit lid geeft aan dat artikel 826 (van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering) in de context van dit artikel niet van toepassing is.