Terug naar bibliotheek
Eerste Boek. De wijze van procederen voor de rechtbanken, de hoven en de Hoge Raad
Eerste titel. Algemene bepalingen
Achtste afdeling. Herstel van verkeerd inleiden van een procedure, verwijzing door of naar de kantonrechter en verwijzing bij absolute onbevoegdheid
Artikel 70

Artikel 70 (Niet-ontvankelijkheid en verwijzing verkeerde rechtsgang)

Laatste versie

1. Voor zover de rechter de eiser of verzoeker in zijn vordering of verzoek niet-ontvankelijk verklaart omdat bezwaar kon worden gemaakt, administratief beroep kon worden ingesteld of beroep bij een bestuursrechter kon worden ingesteld, wordt dit in het vonnis, het arrest of de beschikking vermeld.

2. Indien de niet-ontvankelijkheid voor de eiser of verzoeker onduidelijk kon zijn, vermeldt de rechter tevens in het vonnis, het arrest of de beschikking bij welk orgaan alsnog bezwaar kan worden gemaakt of alsnog beroep kan worden ingesteld. Het orgaan waarbij alsnog bezwaar kan worden gemaakt of alsnog beroep kan worden ingesteld, is aan die beslissing gebonden.

3. De termijn voor het alsnog indienen van het bezwaar- of beroepschrift vangt aan met ingang van de dag na die waarop het vonnis, het arrest of de beschikking onherroepelijk is geworden.

Uitleg in duidelijke taal

1. Voor zover de rechter de eiser of verzoeker in zijn vordering of verzoek niet-ontvankelijk verklaart omdat bezwaar kon worden gemaakt, administratief beroep kon worden ingesteld of beroep bij een bestuursrechter kon worden ingesteld, wordt dit in het vonnis, het arrest of de beschikking vermeld.

Dit betekent dat als de rechter een eiser of verzoeker in zijn vordering of verzoek niet-ontvankelijk verklaart omdat een andere rechtsgang openstond, zoals het maken van bezwaar, het instellen van administratief beroep, of het instellen van beroep bij een bestuursrechter, de rechter dit feit moet vermelden in het vonnis, het arrest of de beschikking.

2. Indien de niet-ontvankelijkheid voor de eiser of verzoeker onduidelijk kon zijn, vermeldt de rechter tevens in het vonnis, het arrest of de beschikking bij welk orgaan alsnog bezwaar kan worden gemaakt of alsnog beroep kan worden ingesteld. Het orgaan waarbij alsnog bezwaar kan worden gemaakt of alsnog beroep kan worden ingesteld, is aan die beslissing gebonden.

Dit houdt in dat, wanneer het voor de eiser of verzoeker mogelijk onduidelijk was dat zijn vordering of verzoek niet-ontvankelijk zou zijn (bijvoorbeeld over de te volgen procedure), de rechter in het vonnis, het arrest of de beschikking ook moet aangeven bij welk specifiek orgaan de eiser of verzoeker alsnog bezwaar kan maken of beroep kan instellen. Dit genoemde orgaan is dan verplicht zich aan deze beslissing van de rechter te houden.

3. De termijn voor het alsnog indienen van het bezwaar- of beroepschrift vangt aan met ingang van de dag na die waarop het vonnis, het arrest of de beschikking onherroepelijk is geworden.

Dit bepaalt dat de periode (de termijn) waarbinnen alsnog een bezwaarschrift of beroepschrift kan worden ingediend, begint op de dag nadat het vonnis, het arrest of de beschikking van de rechter definitief is geworden, wat betekent dat er geen gewone rechtsmiddelen meer tegen openstaan (onherroepelijk is geworden).