Terug naar bibliotheek
Tweede Boek. Van de gerechtelijke tenuitvoerlegging van vonnissen, beschikkingen en authentieke akten
Tweede titel. Van de gerechtelijke tenuitvoerlegging op goederen die geen registergoederen zijn
Eerste afdeling. Van executoriaal beslag op roerende zaken die geen registergoederen zijn
Artikel 444a

Artikel 444a (Executoriaal beslag roerende zaken plaats derde)

Laatste versie

1. Indien er redelijk vermoeden bestaat, dat in beslag te nemen zaken zich bevinden op een plaats, van een derde gehuurd of op andere wijze in gebruik verkregen, zodanig dat voor de toegang de medewerking van de derde nodig blijft, zal de deurwaarder, ingeval van weigering van de geëxecuteerde of de derde om de deuren, welke tot de plaats toegang geven, te openen, handelen, zoals in het vorige artikel is bepaald. Met weigering staat gelijk afwezigheid na behoorlijke sommatie om persoonlijk of bij gemachtigde te verschijnen om de deuren te openen. De deurwaarder kan inmiddels door een bewaarder beletten, dat van de plaats iets wordt weggenomen.

2. De derde is gehouden de deurwaarder op vertoon van de titel, uit krachte waarvan het beslag wordt gelegd, aanwijzing te doen van de verhuurde of op andere wijze in gebruik gegeven ruimte.

3. Zij die van het verhuren of op andere wijze in gebruik geven, als bedoeld in de vorige leden, een bedrijf maken, zijn verplicht desgewenst de deurwaarder inzage te geven van het register of de stukken, waarin de gebruikers zijn vermeld.

4. Van het ogenblik, dat de deurwaarder zich tot de derde heeft gewend om tot de inbeslagneming ingevolge dit artikel te komen, mag de derde de geëxecuteerde toegang tot de ruimte niet meer verlenen dan in tegenwoordigheid van de deurwaarder.

Uitleg in duidelijke taal

1. Indien er redelijk vermoeden bestaat, dat in beslag te nemen zaken zich bevinden op een plaats, van een derde gehuurd of op andere wijze in gebruik verkregen, zodanig dat voor de toegang de medewerking van de derde nodig blijft, zal de deurwaarder, ingeval van weigering van de geëxecuteerde of de derde om de deuren, welke tot de plaats toegang geven, te openen, handelen, zoals in het vorige artikel is bepaald. Met weigering staat gelijk afwezigheid na behoorlijke sommatie om persoonlijk of bij gemachtigde te verschijnen om de deuren te openen. De deurwaarder kan inmiddels door een bewaarder beletten, dat van de plaats iets wordt weggenomen.

Dit betekent letterlijk: Als er een redelijk vermoeden is dat zaken die in beslag genomen moeten worden zich op een plaats bevinden die van een derde is gehuurd of op een andere manier door de geëxecuteerde in gebruik is, en als voor toegang tot die plaats de medewerking van de derde nodig is, dan zal de deurwaarder handelen zoals in het vorige artikel (artikel 444 Rv) is bepaald, indien de geëxecuteerde of de derde weigert de deuren te openen die toegang tot die plaats geven. Afwezigheid na een behoorlijke sommatie om persoonlijk of via een gemachtigde te verschijnen en de deuren te openen, wordt gelijkgesteld aan weigering. De deurwaarder mag ondertussen een bewaarder aanstellen om te voorkomen dat er spullen van die plaats worden verwijderd.

2. De derde is gehouden de deurwaarder op vertoon van de titel, uit krachte waarvan het beslag wordt gelegd, aanwijzing te doen van de verhuurde of op andere wijze in gebruik gegeven ruimte.

Dit betekent letterlijk: De derde (bijvoorbeeld de verhuurder) is verplicht om de deurwaarder, nadat deze de titel (het officiële document op basis waarvan het beslag wordt gelegd, zoals een vonnis) heeft laten zien, aan te wijzen welke specifieke ruimte is verhuurd aan of op een andere manier in gebruik is gegeven aan de geëxecuteerde.

3. Zij die van het verhuren of op andere wijze in gebruik geven, als bedoeld in de vorige leden, een bedrijf maken, zijn verplicht desgewenst de deurwaarder inzage te geven van het register of de stukken, waarin de gebruikers zijn vermeld.

Dit betekent letterlijk: Personen of bedrijven die er hun beroep van maken om ruimtes te verhuren of op een andere wijze in gebruik te geven (zoals bedoeld in lid 1 en 2), zijn verplicht om de deurwaarder, als deze daarom vraagt (desgewenst), inzage te geven in hun administratie, zoals een register of andere documenten, waarin staat wie de gebruikers van die ruimtes zijn.

4. Van het ogenblik, dat de deurwaarder zich tot de derde heeft gewend om tot de inbeslagneming ingevolge dit artikel te komen, mag de derde de geëxecuteerde toegang tot de ruimte niet meer verlenen dan in tegenwoordigheid van de deurwaarder.

Dit betekent letterlijk: Vanaf het moment dat de deurwaarder contact heeft opgenomen met de derde met het doel om over te gaan tot inbeslagneming volgens dit artikel, mag de derde de geëxecuteerde (degene tegen wie het beslag is gericht) geen toegang meer verlenen tot de betreffende ruimte, tenzij de deurwaarder daarbij aanwezig is.