Artikel 351 (Schorsing tenuitvoerlegging uitvoerbaar bij voorraad vonnis)
Indien hoger beroep is ingesteld tegen een vonnis dat uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, kan de hogere rechter op vordering van een partij alsnog de tenuitvoerlegging van het vonnis schorsen.
Uitleg in duidelijke taal
Indien hoger beroep is ingesteld tegen een vonnis dat uitvoerbaar bij voorraad is verklaard, kan de hogere rechter op vordering van een partij alsnog de tenuitvoerlegging van het vonnis schorsen.
Dit artikel bepaalt dat wanneer er hoger beroep is aangetekend tegen een vonnis dat direct mag worden uitgevoerd (uitvoerbaar bij voorraad is verklaard), de rechter in hoger beroep (de hogere rechter) op verzoek (op vordering) van een van de partijen de uitvoering (tenuitvoerlegging) van dat vonnis alsnog kan stopzetten (schorsen).
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:2026 - Hoge Raad verenigt maatstaven voor schorsing van tenuitvoerlegging bij voorraad
De Hoge Raad stelt één uniforme maatstaf vast voor de schorsing van tenuitvoerlegging van een uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis, ongeacht of dit in kort geding of in een appelincident wordt gevraagd. De strenge 'Ritzen/Hoekstra'-maatstaf (misbruik van recht) geldt niet meer zolang een rechtsmiddel openstaat.
ECLI:NL:HR:2008:BC5012
ECLI:NL:HR:2020:806 - Afstemmingsregel en misbruik van executierecht bij later vernietigde bodemuitspraak
De kortgedingrechter moet zijn oordeel afstemmen op de meest recente uitspraak in de bodemprocedure, ook als deze later wordt vernietigd. Een klaarblijkelijke juridische misslag leidt niet automatisch tot misbruik van executierecht als de uiteindelijke uitkomst van de zaak nog onzeker is.
ECLI:NL:HR:2020:429 - Misbruik van Executiebevoegdheid: Kennelijke Misslag Niet Vereist voor Belangenafweging
Voor het aannemen van misbruik van executiebevoegdheid is een kennelijke misslag in het vonnis niet vereist. De rechter kan de tenuitvoerlegging ook schorsen op basis van een belangenafweging die uitvalt in het nadeel van de executerende partij, wegens onevenredigheid der belangen.