Terug naar bibliotheek
Eerste Boek. De wijze van procederen voor de rechtbanken, de hoven en de Hoge Raad
Derde titel. De verzoekschriftprocedure in eerste aanleg
Tweede afdeling. Relatieve bevoegdheid
Artikel 262

Artikel 262 (Relatieve bevoegdheid verzoekschriftprocedure)

Laatste versie

Tenzij de wet anders bepaalt, is bevoegd: a. de rechter van de woonplaats van hetzij de verzoeker of één van de verzoekers, hetzij één van de in het verzoekschrift genoemde belanghebbenden dan wel, als zodanige woonplaats in Nederland niet bekend is, de rechter van het werkelijk verblijf van één van hen; b. indien het verzoek betrekking heeft op een bij dagvaarding ingeleid of in te leiden geding, de rechter die bevoegd is van dat geding kennis te nemen, tenzij het verzoek niet behoort tot diens absolute bevoegdheid.

Uitleg in duidelijke taal

Tenzij de wet anders bepaalt, is bevoegd:

Dit betekent dat, tenzij de wet een andere regeling treft, de hierna genoemde rechter bevoegd is:

a. de rechter van de woonplaats van hetzij de verzoeker of één van de verzoekers, hetzij één van de in het verzoekschrift genoemde belanghebbenden dan wel, als zodanige woonplaats in Nederland niet bekend is, de rechter van het werkelijk verblijf van één van hen;

Dit houdt in dat bevoegd is: de rechter van de woonplaats van de verzoeker, of van één van de verzoekers, of van één van de belanghebbenden die in het verzoekschrift worden genoemd. Als een dergelijke woonplaats in Nederland niet bekend is, dan is de rechter van het werkelijk verblijf van één van deze personen bevoegd.

b. indien het verzoek betrekking heeft op een bij dagvaarding ingeleid of in te leiden geding, de rechter die bevoegd is van dat geding kennis te nemen, tenzij het verzoek niet behoort tot diens absolute bevoegdheid.

Dit betekent dat, als het verzoek te maken heeft met een rechtszaak (geding) die via een dagvaarding is gestart of nog gestart moet worden, de rechter die bevoegd is om over die rechtszaak te oordelen, ook bevoegd is voor het verzoek. Een uitzondering hierop is als het verzoek niet valt onder de absolute bevoegdheid van die specifieke rechter.