Artikel 163 (Getuigenverklaring eigen waarneming)
Een getuigenverklaring kan slechts als bewijs dienen, voor zover zij betrekking heeft op aan de getuige uit eigen waarneming bekende feiten.
Uitleg in duidelijke taal
Een getuigenverklaring kan slechts als bewijs dienen, voor zover zij betrekking heeft op aan de getuige uit eigen waarneming bekende feiten.
Dit artikel stelt dat een getuigenverklaring slechts als bewijs kan dienen, voor zover deze betrekking heeft op feiten die aan de getuige uit eigen waarneming bekend zijn.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2003:AF8273 - Hoge Raad - 18 september 2003
ECLI:NL:HR:2015:311 - Bewijsaanbod wils(on)bekwaamheid bij testament en de rol van de notaris - 12 februari 2015
Een specifiek bewijsaanbod om de wils(on)bekwaamheid van een erflater met een geestelijke stoornis aan te tonen, mag niet zomaar worden gepasseerd. Dit geldt ook als het aanbod ertoe strekt te bewijzen dat de notaris ten onrechte niet aan de bekwaamheid van de erflater heeft getwijfeld.
ECLI:NL:HR:2016:2986 - Bewijskracht van getuigenverklaringen op basis van vooraf opgestelde schriftelijke verklaringen - 22 december 2016
Een getuigenverklaring afgelegd met gebruikmaking van een vooraf opgestelde schriftelijke verklaring is toelaatbaar. De rechter moet bij de bewijswaardering wel beoordelen in hoeverre de betrouwbaarheid wordt beïnvloed door de wijze van totstandkoming van de schriftelijke verklaring, ook al is de getuige beëdigd verhoord.
ECLI:NL:HR:2020:1046 - Onrechtmatige daad: het verschil tussen een anonieme brief en een getuigenverklaring - 11 juni 2020
Het onverplicht publiceren van ernstige beschuldigingen vereist feitelijke onderbouwing. Echter, het herhalen van diezelfde beschuldigingen als getuige onder ede is niet per se onrechtmatig, omdat een getuige verplicht is naar waarheid te verklaren over eigen herinneringen, zonder plicht tot nader onderzoek.
ECLI:NL:HR:2017:2904 - Voorlopig getuigenverhoor doorkruist bijzondere schadeloosstellingsprocedure Wft niet - 16 november 2017
Een verzoek om een voorlopig getuigenverhoor over de waarde van onteigende effecten wordt afgewezen. Een dergelijk verhoor is onverenigbaar met de bijzondere, bij de Ondernemingskamer geconcentreerde, schadeloosstellingsprocedure uit de Wet op het financieel toezicht (Wft), omdat dit die gespecialiseerde procedure zou doorkruisen.