Artikel 133 (Termijnen conclusies proceshandelingen uitstel verval)
1. De rechter stelt de termijnen voor het nemen van de conclusies vast.
2. Partijen kunnen uitstel vragen voor het nemen van conclusies. De rechter volgt een daartoe strekkend, eenstemmig verzoek van partijen, tenzij dit zou leiden tot onredelijke vertraging van het geding.
3. Het eerste en het tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing op de termijnen voor het verrichten van andere proceshandelingen dan conclusies en op de mogelijkheid om daarvoor uitstel te krijgen.
4. Wanneer een proceshandeling niet is verricht binnen de daarvoor gestelde termijn en daarvoor geen uitstel kan worden verkregen, vervalt het recht om de desbetreffende proceshandeling te verrichten.
Uitleg in duidelijke taal
1. De rechter stelt de termijnen voor het nemen van de conclusies vast.
Dit betekent letterlijk dat de rechter de deadlines bepaalt waarbinnen de partijen hun schriftelijke standpunten, de conclusies, moeten indienen.
2. Partijen kunnen uitstel vragen voor het nemen van conclusies. De rechter volgt een daartoe strekkend, eenstemmig verzoek van partijen, tenzij dit zou leiden tot onredelijke vertraging van het geding.
Dit houdt in dat partijen de rechter kunnen verzoeken om meer tijd te krijgen voor het indienen van hun conclusies. De rechter willigt een dergelijk verzoek in, mits alle partijen het ermee eens zijn en het verzoek hierop gericht is, behalve als het toekennen van uitstel zou resulteren in een onredelijke vertraging van de rechtszaak (het geding).
3. Het eerste en het tweede lid zijn van overeenkomstige toepassing op de termijnen voor het verrichten van andere proceshandelingen dan conclusies en op de mogelijkheid om daarvoor uitstel te krijgen.
Dit betekent dat de regels uit het eerste en tweede lid op eenzelfde manier gelden voor de deadlines voor het uitvoeren van andere handelingen in de procedure dan het indienen van conclusies, en ook voor de mogelijkheid om voor die andere handelingen uitstel te verkrijgen.
4. Wanneer een proceshandeling niet is verricht binnen de daarvoor gestelde termijn en daarvoor geen uitstel kan worden verkregen, vervalt het recht om de desbetreffende proceshandeling te verrichten.
Dit stelt dat indien een handeling in de procedure (proceshandeling) niet is uitgevoerd binnen de daarvoor bepaalde deadline, en er ook geen uitstel voor die handeling verkregen kan worden, het recht om die specifieke proceshandeling alsnog uit te voeren, komt te vervallen.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2015:1064 - Toepassing experimenteel procesreglement en de eisen van een goede procesorde - 16 april 2015
Een afwijkend, experimenteel procesreglement is rechtens geldig. Een goede procesorde vereist echter een belangenafweging bij een termijnoverschrijding. Strikte toepassing die leidt tot het definitief verliezen van toegang tot de appelrechter, moet worden afgewogen tegen de ernst van het verzuim, wat kan leiden tot een korte hersteltermijn.
ECLI:NL:HR:2006:AU6519 - Hoge Raad - 9 februari 2006
ECLI:NL:HR:2022:1873 - Hoge Raad versoepelt herstel van termijnoverschrijding bij akte niet-dienen - 15 december 2022
De Hoge Raad oordeelt dat voor het terugkomen van een akte niet-dienen geen 'uitzonderlijke omstandigheden' meer vereist zijn. De rechter moet terugkomen van de beslissing als bij een belangenafweging blijkt dat het onaanvaardbaar is om geen herstel toe te staan, bijvoorbeeld bij een beperkte fout.
ECLI:NL:HR:2022:824 - Hoge Raad: Limiteren omvang processtukken in hoger beroep is toegestaan - 2 juni 2022
De Hoge Raad oordeelt dat gerechtshoven via procesreglementen de omvang van processtukken in hoger beroep mogen beperken. Dit is toelaatbaar mits de essentie van het recht op toegang tot de rechter en hoor en wederhoor niet wordt aangetast, de beperking een legitiem doel dient en proportioneel is.
ECLI:NL:HR:2011:BP0571 - Procesrecht: Afwijzing getuigenverhoor na geringe termijnoverschrijding in strijd met goede procesorde - 17 maart 2011
Het definitief ontzeggen van het recht op getuigenbewijs wegens een termijnoverschrijding mag slechts als de schending van de voortgang van de procedure en het nadeel voor de wederpartij dit rechtvaardigen. Een geringe termijnoverschrijding zonder nadeel is daartoe onvoldoende en in strijd met de goede procesorde.
ECLI:NL:HR:2018:596 - Overgangsrecht procesreglement: gevolgen termijnoverschrijding memorie van grieven - 12 april 2018
Bij een ingrijpende wijziging van het Landelijk procesreglement moet de overgangsbepaling zo worden uitgelegd dat niet alleen de termijnstelling, maar ook de rechtsgevolgen van het oude reglement van toepassing blijven op de eerstvolgende proceshandeling, om te voorkomen dat partijen worden verrast.
ECLI:NL:HR:2022:1875 - Hoge Raad versoepelt maatstaf voor terugkomen op akte niet-dienen - 15 december 2022
De Hoge Raad stelt dat een rechter kan terugkomen op een bindende eindbeslissing, zoals akte niet-dienen, als deze op een onjuiste of onvolledige feitelijke grondslag berust. Hiervoor zijn geen bijzondere of uitzonderlijke omstandigheden meer vereist. Een belangenafweging op basis van de goede procesorde volstaat.
ECLI:NL:HR:2018:364 - Onjuiste afwijzing uitstelverzoek leidt tot vernietiging eindarrest - 15 maart 2018
Een onterechte afwijzing van een uitstelverzoek voor een antwoordakte door de rolraadsheer, omdat per abuis een verkeerd artikel uit het procesreglement is aangehaald, is in strijd met het recht. Deze foutieve rolbeslissing leidt tot vernietiging van het daarop voortbouwende eindarrest van het hof.
ECLI:NL:HR:2017:2568 - Verantwoordelijkheid advocaat voor kennis van afwijkende procesreglementen en termijnen - 5 oktober 2017
Een advocaat wordt geacht op de hoogte te zijn van geldende procesreglementen, inclusief lokale pilotreglementen, en de daaraan verbonden fatale termijnen. Het behoort tot diens taak om het roljournaal te raadplegen en het gerecht is niet verplicht om de advocaat persoonlijk te informeren.
ECLI:NL:HR:2010:BM7671 - Wrakingsverzoek schorst niet de plicht tot het nemen van proceshandelingen - 23 september 2010
Een wrakingsverzoek schorst weliswaar de behandeling van de zaak door de rechter, maar ontslaat de wrakende partij niet van de eigen plicht om op de peremptoir gestelde roldatum de voorgeschreven proceshandeling, zoals het nemen van een memorie van grieven, te verrichten.