Terug naar bibliotheek
Eerste Boek. De wijze van procederen voor de rechtbanken, de hoven en de Hoge Raad
Tweede titel. De dagvaardingsprocedure in eerste aanleg
Vierde afdeling. Dagvaarding
Artikel 120

Artikel 120 (Nietigheid en herstel gebreken dagvaarding)

Laatste versie

1. Al hetgeen in deze afdeling is voorgeschreven, wordt op straffe van nietigheid in acht genomen.

2. Een gebrek in een exploot van dagvaarding dat nietigheid meebrengt, kan bij exploot, uitgebracht voor de roldatum, worden hersteld.

3. Bij het uitbrengen van dat exploot moet de voor dagvaarding voorgeschreven termijn in acht worden genomen. Indien inachtneming van de termijn van dagvaarding meebrengt dat de roldatum niet kan worden gehandhaafd, moet een andere roldatum worden aangezegd, met vermelding van het uur indien alsdan een terechtzitting plaatsvindt.

4. Het eerste lid is niet van toepassing op hetgeen is voorgeschreven in artikel 111, derde lid. Wordt niet voldaan aan hetgeen is voorgeschreven in artikel 111, derde lid, dan kan de rechter daaraan de gevolgtrekking verbinden die hij geraden acht.

Uitleg in duidelijke taal

1. Al hetgeen in deze afdeling is voorgeschreven, wordt op straffe van nietigheid in acht genomen.

Dit betekent dat alle voorschriften die in deze afdeling (Vierde afdeling. Dagvaarding) zijn opgenomen, moeten worden nageleefd. Gebeurt dit niet, dan kan de handeling nietig worden verklaard (op straffe van nietigheid).

2. Een gebrek in een exploot van dagvaarding dat nietigheid meebrengt, kan bij exploot, uitgebracht voor de roldatum, worden hersteld.

Dit houdt in dat als er een fout (gebrek) in een officieel stuk van dagvaarding (exploot van dagvaarding) staat die tot nietigheid leidt, deze fout kan worden gecorrigeerd (hersteld) door middel van een nieuw exploot. Dit herstelexploot moet worden uitgebracht vóór de datum waarop de zaak voor het eerst op de rol van de rechtbank komt (roldatum).

3. Bij het uitbrengen van dat exploot moet de voor dagvaarding voorgeschreven termijn in acht worden genomen. Indien inachtneming van de termijn van dagvaarding meebrengt dat de roldatum niet kan worden gehandhaafd, moet een andere roldatum worden aangezegd, met vermelding van het uur indien alsdan een terechtzitting plaatsvindt.

Dit betekent dat bij het uitbrengen van het herstelexploot de wettelijk voorgeschreven termijn voor dagvaarding moet worden gerespecteerd (in acht worden genomen). Als door het respecteren van deze termijn de oorspronkelijke roldatum niet gehaald kan worden, dan moet een nieuwe roldatum worden aangekondigd (aangezegd). Als er op die nieuwe roldatum een zitting (terechtzitting) is, moet ook het tijdstip (uur) worden vermeld.

4. Het eerste lid is niet van toepassing op hetgeen is voorgeschreven in artikel 111, derde lid. Wordt niet voldaan aan hetgeen is voorgeschreven in artikel 111, derde lid, dan kan de rechter daaraan de gevolgtrekking verbinden die hij geraden acht.

De regel uit het eerste lid (dat niet-naleving van voorschriften tot nietigheid leidt) is niet van toepassing op de voorschriften in artikel 111, derde lid. Als niet wordt voldaan aan de voorschriften van artikel 111, derde lid, dan kan de rechter zelf beslissen (geraden acht) welke gevolgen (gevolgtrekking) hij daaraan verbindt.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad47x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2009:BI0773

ECLI:NL:HR:2009:BI077310 juli 2009Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad16x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:668

ECLI:NL:HR:2016:66815 april 2016Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad14x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:2101 - Betekening exploot met geheim adres is geldig zonder onredelijke benadeling

ECLI:NL:HR:2020:210118 december 2020Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

Het ontbreken van een woonadres in een exploot wegens een geheimhoudingsindicatie leidt niet tot nietigheid, zolang de identiteit van de persoon vaststaat en deze niet onredelijk in zijn verdedigingsbelang is geschaad. De mededeling van de deurwaarder is voldoende voor een rechtsgeldige betekening.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht
Hoge Raad15x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:927

ECLI:NL:HR:2015:92710 april 2015Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:2629

ECLI:NL:HR:2017:262913 oktober 2017Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:2628

ECLI:NL:HR:2017:262813 oktober 2017Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:481

ECLI:NL:HR:2022:4811 april 2022Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BB9783

ECLI:NL:HR:2008:BB978325 januari 2008Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:1088 - Corona-betekening door deurwaarder is rechtsgeldig onder art. 47 Rv

ECLI:NL:HR:2020:108819 juni 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een 'corona-betekening', waarbij een deurwaarder vanwege COVID-19-maatregelen een exploot direct in de brievenbus achterlaat, rechtsgeldig is. De RIVM-richtlijnen creëren een 'feitelijke onmogelijkheid' (art. 47 Rv) die afwijking van persoonlijke betekening (art. 46 Rv) rechtvaardigt.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BL2246

ECLI:NL:HR:2010:BL224626 februari 2010Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak