Artikel 104 (Relatieve bevoegdheid nalatenschappen en schulden overledene)
1. In zaken betreffende nalatenschappen is mede bevoegd de rechter van de laatste woonplaats van de overledene.
2. In zaken betreffende schuldvorderingen ten laste van de overledene is de in het eerste lid aangewezen rechter eveneens bevoegd.
Uitleg in duidelijke taal
1. In zaken betreffende nalatenschappen is mede bevoegd de rechter van de laatste woonplaats van de overledene.
Dit betekent letterlijk: In zaken die nalatenschappen betreffen, is de rechter van de laatste woonplaats van de overledene mede bevoegd.
2. In zaken betreffende schuldvorderingen ten laste van de overledene is de in het eerste lid aangewezen rechter eveneens bevoegd.
Dit betekent letterlijk: In zaken die schuldvorderingen ten laste van de overledene betreffen, is de rechter die in het eerste lid is aangewezen (de rechter van de laatste woonplaats van de overledene) eveneens bevoegd.