Artikel 1039 (Bewijsvoering en bewijsopname arbitrage)
1. De bewijsvoering, de toelaatbaarheid van de bewijsmiddelen, de bewijslastverdeling en de waardering van het bewijs staan ter vrije bepaling van het scheidsgerecht, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.
2. Het scheidsgerecht is bevoegd om een van zijn leden aan te wijzen om getuigen of deskundigen te horen dan wel om een plaatsopneming of bezichtiging te houden, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.
Uitleg in duidelijke taal
1. De bewijsvoering, de toelaatbaarheid van de bewijsmiddelen, de bewijslastverdeling en de waardering van het bewijs staan ter vrije bepaling van het scheidsgerecht, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.
Dit lid bepaalt dat het scheidsgerecht de vrijheid heeft om te beslissen over de regels omtrent de bewijsvoering, welke bewijsmiddelen toegelaten zijn, hoe de bewijslast verdeeld wordt en hoe het bewijs gewaardeerd wordt. Deze vrijheid geldt, tenzij de betrokken partijen hierover zelf andere afspraken hebben gemaakt (anders zijn overeengekomen).
2. Het scheidsgerecht is bevoegd om een van zijn leden aan te wijzen om getuigen of deskundigen te horen dan wel om een plaatsopneming of bezichtiging te houden, tenzij de partijen anders zijn overeengekomen.
Dit lid stelt dat het scheidsgerecht de macht (bevoegdheid) heeft om een van zijn leden aan te wijzen (te selecteren) met de taak om getuigen of deskundigen te verhoren. Deze bevoegdheid geldt ook voor het uitvoeren van een onderzoek ter plaatse (plaatsopneming) of een inspectie (bezichtiging). Deze bevoegdheid bestaat, tenzij de betrokken partijen hierover zelf andere afspraken hebben gemaakt.