Terug naar bibliotheek
Derde Boek. Van rechtspleging van onderscheiden aard
Titel 17. Van rechtspleging in deelgeschillen betreffende letsel- en overlijdensschade
Artikel 1019x

Artikel 1019x (Bevoegde rechter en inhoud verzoekschrift deelgeschil)

Laatste versie

1. Het verzoek wordt gedaan aan de rechter die vermoedelijk bevoegd zal zijn van de zaak, indien deze ten principale aanhangig wordt gemaakt, kennis te nemen. Indien de zaak door de kantonrechter moet worden behandeld en beslist, wordt het verzoek gedaan aan de kantonrechter. De rechter beoordeelt summierlijk of hij absoluut bevoegd is en of de zaak door de kantonrechter moet worden behandeld en beslist.

2. Indien een der partijen reeds eerder een verzoek als bedoeld in artikel 1019w, eerste lid, heeft gedaan, wordt het verzoek gedaan aan de rechter die het eerdere verzoek behandelt of laatstelijk behandeld heeft. Onverminderd artikel 71 is deze rechter tevens bevoegd kennis te nemen van de zaak ten principale indien deze wordt aangebracht. Indien de zaak ten principale reeds aanhangig is, wordt het verzoek gedaan aan de rechter voor wie de zaak ten principale aanhangig is.

3. Het verzoekschrift vermeldt naast de in artikel 278, eerste lid, bedoelde gegevens:

a. de aard en het vermoedelijke beloop van de vordering; b. een omschrijving van het deelgeschil; c. een zakelijk overzicht van de inhoud en het verloop van de onderhandelingen over de vordering; d. de naam en de woonplaats van de wederpartij.

4. Indien over de vordering reeds eerder een verzoek als bedoeld in artikel 1019w, eerste lid, is gedaan, wordt daarvan melding gemaakt en worden de processtukken en, indien gegeven, de beschikking bij het verzoekschrift gevoegd.

Uitleg in duidelijke taal

1. Het verzoek wordt gedaan aan de rechter die vermoedelijk bevoegd zal zijn van de zaak, indien deze ten principale aanhangig wordt gemaakt, kennis te nemen. Indien de zaak door de kantonrechter moet worden behandeld en beslist, wordt het verzoek gedaan aan de kantonrechter. De rechter beoordeelt summierlijk of hij absoluut bevoegd is en of de zaak door de kantonrechter moet worden behandeld en beslist.

Dit betekent dat het verzoek moet worden ingediend bij de rechter van wie wordt aangenomen (vermoedelijk) dat deze bevoegd zal zijn om de zaak te behandelen (kennis te nemen), mocht de zaak in zijn geheel (ten principale) aanhangig worden gemaakt. Als de zaak door de kantonrechter behandeld en beslist moet worden, dan wordt het verzoek bij de kantonrechter ingediend. De rechter voert een korte (summierlijke) beoordeling uit om vast te stellen of hij daadwerkelijk bevoegd is (absoluut bevoegd) en of de kantonrechter de zaak moet behandelen en beslissen.

2. Indien een der partijen reeds eerder een verzoek als bedoeld in artikel 1019w, eerste lid, heeft gedaan, wordt het verzoek gedaan aan de rechter die het eerdere verzoek behandelt of laatstelijk behandeld heeft. Onverminderd artikel 71 is deze rechter tevens bevoegd kennis te nemen van de zaak ten principale indien deze wordt aangebracht. Indien de zaak ten principale reeds aanhangig is, wordt het verzoek gedaan aan de rechter voor wie de zaak ten principale aanhangig is.

Dit lid bepaalt dat als een van de partijen al eerder een verzoek heeft ingediend zoals omschreven in artikel 1019w, eerste lid, het nieuwe verzoek moet worden ingediend bij de rechter die dat eerdere verzoek behandelt of als laatste heeft behandeld. Met inachtneming van artikel 71 (onverminderd artikel 71) is deze zelfde rechter ook bevoegd om de zaak in zijn geheel (ten principale) te behandelen als deze wordt ingediend (aangebracht). Als de zaak in zijn geheel (ten principale) al loopt (reeds aanhangig is), dan wordt het verzoek ingediend bij de rechter bij wie die zaak al in behandeling is.

3. Het verzoekschrift vermeldt naast de in artikel 278, eerste lid, bedoelde gegevens:

Dit betekent dat het verzoekschrift, naast de gegevens die vereist zijn volgens artikel 278, eerste lid, ook de volgende informatie moet bevatten:

a. de aard en het vermoedelijke beloop van de vordering;

Dit houdt in: een beschrijving van de soort vordering en hoe deze zich waarschijnlijk zal ontwikkelen (vermoedelijke beloop).

b. een omschrijving van het deelgeschil;

Dit houdt in: een duidelijke beschrijving van het specifieke geschilpunt waarover een beslissing wordt gevraagd.

c. een zakelijk overzicht van de inhoud en het verloop van de onderhandelingen over de vordering;

Dit houdt in: een feitelijke samenvatting van wat er besproken is en hoe de onderhandelingen over de vordering zijn verlopen.

d. de naam en de woonplaats van de wederpartij.

Dit houdt in: de volledige naam en het officiële woonadres van de tegenpartij in het geschil.

4. Indien over de vordering reeds eerder een verzoek als bedoeld in artikel 1019w, eerste lid, is gedaan, wordt daarvan melding gemaakt en worden de processtukken en, indien gegeven, de beschikking bij het verzoekschrift gevoegd.

Dit betekent dat als er over de betreffende vordering al eerder een verzoek is ingediend zoals bedoeld in artikel 1019w, eerste lid, dit in het huidige verzoekschrift vermeld moet worden. Ook moeten de relevante processtukken en, als er een beschikking is afgegeven in die eerdere procedure, die beschikking bij het nieuwe verzoekschrift worden gevoegd.