Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 6. Octrooirechtelijke geschillen
Artikel 80

Artikel 80

Laatste versie

1. De rechtbank Den Haag is in eerste aanleg uitsluitend bevoegd voor:

a. vorderingen tot vaststelling van ontbreken van rechtsgevolg, vernietiging, vaststelling van een verlies van rechtsgevolg of opeising van octrooien, bedoeld in onderscheidenlijk de artikelen 10, 75, 77 en 78; b. vorderingen tot opeising van Europese octrooiaanvragen; c. vorderingen tot verlening van een licentie als bedoeld in artikel 58, eerste lid; d. vorderingen tot vaststelling van een vergoeding als bedoeld in de artikelen 58, 59 en 60.

2. De rechtbank Den Haag en de voorzieningenrechter van die rechtbank zijn in eerste aanleg in Nederland uitsluitend bevoegd voor:

a. vorderingen, bedoeld in de artikelen 70, 71, 72 en 73; b. vorderingen welke worden ingesteld door een ander dan de octrooihouder ten einde te doen vaststellen dat bepaalde door hem verrichte handelingen niet strijdig zijn met een octrooi; c. vorderingen en verzoeken als bedoeld in de artikelen 843a, 1019b, 1019e en 1019f van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, die verband houden met de handhaving van een octrooi in de zin van artikel 70, 71, 72 of 73.

Gerelateerde rechtspraak

Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:12900 - Rechtbank Den Haag - 13 augustus 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:1290013 augustus 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Amsterdam

ECLI:NL:RBAMS:2024:4733 - Rechtbank Amsterdam - 23 juli 2024

ECLI:NL:RBAMS:2024:473323 juli 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2023:19106 - Rechtbank Den Haag - 5 december 2023

ECLI:NL:RBDHA:2023:191065 december 2023Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RBDHA:2024:2280 - Rechtbank Den Haag - 20 februari 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:228020 februari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:17019 - Rechtbank Den Haag - 15 oktober 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:1701915 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:8045 - Rechtbank Den Haag - 14 mei 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:804514 mei 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:7198 - Rechtbank Den Haag - 23 april 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:719823 april 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:3939 - Rechtbank Den Haag - 12 maart 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:393912 maart 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:6619 - Rechtbank Den Haag - 30 april 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:661930 april 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:4371 - Rechtbank Den Haag - 26 maart 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:437126 maart 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak