Artikel 2
1 Voortbrengselen of werkwijzen worden alleen dan niet als nieuw aangemerkt, wanneer zij reeds deel uitmaken van de stand van de techniek.
2 De stand van de techniek wordt gevormd door al hetgeen vóór de dag van indiening van de aanvrage door een beschrijving of op enige andere wijze openbaar toegankelijk is geworden.
3 Tot de stand van de techniek behoort tevens de inhoud van eerder ingediende octrooiaanvragen, die op of na de in het tweede lid bedoelde dag overeenkomstig artikel 22C ter inzage worden gelegd of, indien die terinzagelegging nog niet had plaatsgevonden, overeenkomstig artikel 25 worden openbaar gemaakt.
4 Tot de stand van de techniek behoort voorts de inhoud van Europese octrooiaanvragen als bedoeld in het Europees Octrooiverdrag en van internationale aanvragen als bedoeld in artikel 158, eerste en tweede lid, van dat Verdrag, waarvan de datum van indiening, die geldt voor de toepassing van artikel 54, tweede en derde lid, van dat Verdrag, ligt vóór de in het tweede lid bedoelde dag, en die op of na die dag zijn gepubliceerd op grond van artikel 93 van dat Verdrag onderscheidenlijk van artikel 21 van het Samenwerkingsverdrag, mits het Koninkrijk in de gepubliceerde aanvrage is aangewezen.
5 Voor de toepassing van dit artikel blijft buiten beschouwing al hetgeen binnen zes maanden vóór de dag van indiening van een octrooiaanvrage openbaar toegankelijk is geworden als direkt of indirekt gevolg van hetzij een kennelijk misbruik ten opzichte van de aanvrager of diens rechtsvoorganger, hetzij de omstandigheid, dat de aanvrager of diens rechtsvoorganger op een van overheidswege gehouden of erkende internationale tentoonstelling in de zin van het Verdrag inzake Internationale Tentoonstellingen, ondertekend te Parijs op 22 november 1928, zoals dat is gewijzigd, laatstelijk bij Protocol van 30 november 1972 (Trb. 1973, 100), het betrokken voortbrengsel heeft tentoongesteld of de betrokken werkwijze aanschouwelijk heeft gemaakt.
6 De erkenning van overheidswege van tentoonstellingen in Nederland geschiedt door Onze Minister van Economische Zaken en die van tentoonstellingen in de Nederlandse Antillen of Aruba door de Regering van het betrokken land.
Details
[Regeling vervallen per 01-09-2004]