Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 2. Algemene bepalingen
Artikel 7. Algemene voorwaarden

Artikel 7. Algemene voorwaarden

Laatste versie

1 Er wordt geen subsidie verleend aan of voor:

a. activiteiten die al hebben plaatsgevonden of starten voor de beschikkingsdatum;

b. projecten waarvoor opnieuw subsidie wordt aangevraagd na een (gedeeltelijke) afwijzing, zonder dat de aanvrager nieuwe feiten of gewijzigde omstandigheden benoemd;

c. projecten, residencies of reizen die plaatsvinden in het kader van een studie, opleiding of PhD;

d. projecten die een reprise of een herdruk betreffen;

e. seriële productie, anders dan vakinhoudelijke publicaties;

f. arbeidskosten voor medewerkers van rijks-, provinciale en gemeentelijke instellingen;

g. het verwerven van eigendommen, materialen of apparatuur die ook na afloop van het project een waarde vertegenwoordigen.

2 In aanvulling op de in dit artikel onder lid 1 genoemde voorwaarden toetst het Stimuleringsfonds een aanvraag op de volgende punten:

a. veiligheid van reizen: er wordt in het geval een internationale reis onderdeel is van de aanvraag gekeken of er op het moment van de geplande reis beperkingen, dan wel dringende adviezen gelden voor internationale reizen naar het desbetreffende land. Voor het bestuur zijn hierbij de reisadviezen op www.nederlandwereldwijd.nl bepalend. Subsidie mag niet gebruikt worden voor reizen naar een gebied waar op het moment van reizen een reisadvies met kleurcode rood geldt;

b. duurzaamheid: het bestuur stimuleert duurzaam reizen. Als een reis voor het project per trein maximaal acht uur bedraagt, vergoedt het bestuur alleen de kosten voor reizen over land.

3 In het kader van Europese wet- en regelgeving ten aanzien van staatssteun geldt tevens dat voor aanvragers die kunnen worden beschouwd als onderneming subsidie op grond van deze regeling wordt geweigerd als:

a. ten aanzien van de aanvrager een bevel tot terugvordering uitstaat als bedoeld in artikel 1, vierde lid, onder a, van de algemene groepsvrijstellingsverordening 651/2014;

b. de aanvrager kan worden gekwalificeerd als een onderneming in moeilijkheden als bedoeld in artikel 2, onder 18 en artikel 1, vierde lid, onder c, van de algemene groepsvrijstellingsverordening 651/2014.