Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk VI. Verantwoording en hoeveelheidsbepaling
Artikel 36

Artikel 36

Laatste versie

1. De bij of krachtens de algemene maatregel van bestuur, bedoeld in artikel 35, gestelde regels kunnen mede betrekking hebben op de bevoegdheid tot het doen van vaststellingen ten behoeve van de bepaling van de in dat artikel bedoelde hoeveelheden, hoedanigheden en oppervlakten en op de voor die vaststellingen te gebruiken apparatuur.

2. De bevoegdheid tot het doen van vaststellingen kan worden verbonden aan:

a. een door Onze Minister overeenkomstig bij of krachtens de maatregel gestelde voorwaarden verleende erkenning; b. een door de Raad voor Accreditatie verleende accreditatie overeenkomstig een door Onze Minister goedgekeurd programma van eisen.

3. Aan een erkenning kunnen voorschriften worden verbonden en zij kan onder beperkingen worden verleend. De voorschriften en beperkingen kunnen worden gewijzigd, aangevuld of ingetrokken.

4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot het verlenen, weigeren of intrekken van een erkenning.

Details

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 1986. Zie het overzicht van wijzigingen]