Artikel 21 (Adoptie, belang kind, nationale en internationale waarborgen)
De Staten die partij zijn en die de methode van adoptie erkennen en/of toestaan, waarborgen dat het belang van het kind daarbij de voornaamste overweging is, en: a. waarborgen dat de adoptie van een kind slechts wordt toegestaan mits daartoe bevoegde autoriteiten, in overeenstemming met de van toepassing zijnde wetten en procedures en op grond van alle van belang zijnde en betrouwbare gegevens, bepalen dat de adoptie kan worden toegestaan gelet op de verhoudingen van het kind met zijn of haar ouders, familieleden en wettige voogden, en mits, indien vereist, de betrokkenen, na volledig te zijn ingelicht, op grond van de adviezen die noodzakelijk worden geacht, daarmee hebben ingestemd; b. erkennen dat interlandelijke adoptie kan worden overwogen als andere oplossing voor de zorg voor het kind, indien het kind niet in een pleeg- of adoptiegezin kan worden geplaatst en op geen enkele andere passende wijze kan worden verzorgd in het land van zijn of haar herkomst; c. verzekeren dat voor het kind dat bij een interlandelijke adoptie is betrokken waarborgen en normen gelden die gelijkwaardig zijn aan die welke bestaan bij adoptie in het eigen land; d. nemen alle passende maatregelen om te waarborgen dat, in het geval van interlandelijke adoptie, de plaatsing niet leidt tot ongepast geldelijk voordeel voor de betrokkenen; e. bevorderen, wanneer passend, de verwezenlijking van de doeleinden van dit artikel door het aangaan van bilaterale of multilaterale regelingen of overeenkomsten, en spannen zich in om, in het kader daarvan, te waarborgen dat de plaatsing van het kind in een ander land wordt uitgevoerd door bevoegde autoriteiten of instellingen.
Uitleg in duidelijke taal
De Staten die partij zijn en die de methode van adoptie erkennen en/of toestaan, waarborgen dat het belang van het kind daarbij de voornaamste overweging is, en:
Dit betekent dat de landen die dit verdrag hebben ondertekend (Staten die partij zijn) en die adoptie als methode erkennen en/of toestaan, ervoor moeten zorgen (waarborgen) dat bij adoptie het belang van het kind altijd de allerbelangrijkste factor (voornaamste overweging) is. Vervolgens worden de specifieke verplichtingen genoemd:
a. waarborgen dat de adoptie van een kind slechts wordt toegestaan mits daartoe bevoegde autoriteiten, in overeenstemming met de van toepassing zijnde wetten en procedures en op grond van alle van belang zijnde en betrouwbare gegevens, bepalen dat de adoptie kan worden toegestaan gelet op de verhoudingen van het kind met zijn of haar ouders, familieleden en wettige voogden, en mits, indien vereist, de betrokkenen, na volledig te zijn ingelicht, op grond van de adviezen die noodzakelijk worden geacht, daarmee hebben ingestemd;
- Bevoegde autoriteiten moeten, volgens de geldende wetten en procedures, en gebaseerd op alle relevante en betrouwbare informatie, vaststellen dat de adoptie toelaatbaar is. Hierbij moet rekening worden gehouden met de relatie (verhoudingen) van het kind met zijn of haar biologische ouders, andere familieleden en wettelijke vertegenwoordigers (wettige voogden).
- Bovendien, als dat nodig is (indien vereist), moeten de personen die direct bij de adoptie betrokken zijn (de betrokkenen), nadat zij volledige informatie hebben ontvangen (na volledig te zijn ingelicht) en op basis van eventueel noodzakelijk geacht advies, met de adoptie hebben ingestemd.
b. erkennen dat interlandelijke adoptie kan worden overwogen als andere oplossing voor de zorg voor het kind, indien het kind niet in een pleeg- of adoptiegezin kan worden geplaatst en op geen enkele andere passende wijze kan worden verzorgd in het land van zijn of haar herkomst;
Dit betekent dat de Staten die partij zijn, erkennen dat adoptie vanuit een ander land (interlandelijke adoptie) gezien kan worden als een alternatieve manier (andere oplossing) om voor een kind te zorgen. Dit is echter alleen een optie als het kind niet in een pleeggezin of adoptiegezin in zijn of haar eigen land (land van herkomst) kan worden opgenomen, en als er in dat land geen andere geschikte zorg (passende wijze) voor het kind beschikbaar is.
c. verzekeren dat voor het kind dat bij een interlandelijke adoptie is betrokken waarborgen en normen gelden die gelijkwaardig zijn aan die welke bestaan bij adoptie in het eigen land;
Dit houdt in dat de Staten die partij zijn, ervoor moeten zorgen (verzekeren) dat een kind dat via interlandelijke adoptie wordt geplaatst, dezelfde beschermingsmaatregelen (waarborgen) en standaarden (normen) geniet als kinderen die binnen het eigen land worden geadopteerd. De waarborgen en normen moeten dus gelijkwaardig zijn.
d. nemen alle passende maatregelen om te waarborgen dat, in het geval van interlandelijke adoptie, de plaatsing niet leidt tot ongepast geldelijk voordeel voor de betrokkenen;
Dit betekent dat de Staten die partij zijn, alle geschikte stappen (passende maatregelen) moeten ondernemen om te garanderen (waarborgen) dat bij een interlandelijke adoptie, de plaatsing van het kind niet resulteert in onterechte financiële winst (ongepast geldelijk voordeel) voor de personen of instanties die bij de adoptie betrokken zijn.
e. bevorderen, wanneer passend, de verwezenlijking van de doeleinden van dit artikel door het aangaan van bilaterale of multilaterale regelingen of overeenkomsten, en spannen zich in om, in het kader daarvan, te waarborgen dat de plaatsing van het kind in een ander land wordt uitgevoerd door bevoegde autoriteiten of instellingen.
Dit houdt in dat de Staten die partij zijn, waar dat gepast is, de doelen van dit artikel (gericht op de bescherming van het kind bij adoptie) moeten nastreven (bevorderen). Dit kunnen zij doen door het sluiten van afspraken of verdragen met één ander land (bilaterale regelingen) of met meerdere landen (multilaterale regelingen of overeenkomsten). Binnen deze regelingen moeten zij zich inspannen om ervoor te zorgen (waarborgen) dat de adoptie en plaatsing van een kind in een ander land wordt afgehandeld door daartoe bevoegde autoriteiten of organisaties (instellingen).