Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 4. Wijzigingen in de woonruimtevoorraad
§ 1a. Toeristische verhuur van woonruimte
Artikel 23c

Artikel 23c

Laatste versie

1. Indien de gemeenteraad toepassing heeft gegeven aan artikel 23a, kan hij in die huisvestingsverordening tevens bepalen dat het verboden is een op basis van dat artikel aangewezen categorie van woonruimte die gelegen is in een in de verordening aangewezen gebied voor een in de verordening omschreven vorm van toeristische verhuur in gebruik te geven indien daarvoor geen vergunning is verleend door burgemeester en wethouders.

2. De gemeenteraad kan in de huisvestingsverordening gevallen aanwijzen waarvoor een vrijstelling geldt of waarin een ontheffing kan worden verleend van het verbod, bedoeld in het eerste lid. Aan een vrijstelling of ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden.

3. Indien de gemeenteraad toepassing heeft gegeven aan het eerste lid, kan hij in de huisvestingsverordening bepalen dat een vergunning als bedoeld in dat lid, slechts wordt afgegeven voor een in die verordening aangegeven termijn.

4. Een vergunning als bedoeld in het eerste lid, wordt aangevraagd door degene die de woonruimte in gebruik geeft voor toeristische verhuur.

5. In het geval dat bij een aanvraag voor een vergunning als bedoeld in het eerste lid, ook een vergunning als bedoeld in artikel 21, eerste lid, onderdeel a, nodig is, wordt de aanvraag mede aangemerkt als een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 21, eerste lid, onderdeel a.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

6 uitspraken gevonden
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2025:4419 - Afdeling halveert boete vakantieverhuur wegens gebrek aan evenredigheid - 17 september 2025

ECLI:NL:RVS:2025:441917 september 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

De Afdeling oordeelt dat een boete van € 3.000,00 voor een eerste administratieve overtreding van de vergunning- en meldplicht voor vakantieverhuur onevenredig is. Ondanks het belang van afschrikking, wordt de boete gematigd tot een passend en geboden bedrag van € 1.500,00 voor een particuliere overtreder.

BestuursrechtBestuursstrafrecht, Bestuursprocesrecht
Civiel RechtHuurrecht
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2025:3706 - Raad van State - 6 augustus 2025

ECLI:NL:RVS:2025:37066 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
BestuursrechtBestuursstrafrecht, Omgevingsrecht, Bestuursprocesrecht
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2025:4232 - Raad van State - 3 september 2025

ECLI:NL:RVS:2025:42323 september 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
BestuursrechtBestuursstrafrecht, Omgevingsrecht, Bestuursprocesrecht
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2025:4138 - Raad van State - 27 augustus 2025

ECLI:NL:RVS:2025:413827 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
BestuursrechtBestuursstrafrecht, Bestuursprocesrecht, Omgevingsrecht
Raad van State1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2025:3693 - Raad van State - 6 augustus 2025

ECLI:NL:RVS:2025:36936 augustus 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BestuursrechtBestuursstrafrecht, Bestuursprocesrecht, Omgevingsrecht
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2025:3138 - Raad van State - 9 juli 2025

ECLI:NL:RVS:2025:31389 juli 2025Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BestuursrechtOmgevingsrecht, Bestuursprocesrecht