Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 1. Grondrechten
Artikel 7

Artikel 7 (Vrijheid van meningsuiting, geen voorafgaand verlof)

Laatste versie

1. Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.

2. De wet stelt regels omtrent radio en televisie. Er is geen voorafgaand toezicht op de inhoud van een radio- of televisieuitzending.

3. Voor het openbaren van gedachten of gevoelens door andere dan in de voorgaande leden genoemde middelen heeft niemand voorafgaand verlof nodig wegens de inhoud daarvan, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. De wet kan het geven van vertoningen toegankelijk voor personen jonger dan zestien jaar regelen ter bescherming van de goede zeden.

4. De voorgaande leden zijn niet van toepassing op het maken van handelsreclame.

Uitleg in duidelijke taal

1. Niemand heeft voorafgaand verlof nodig om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.

Dit betekent dat niemand van tevoren toestemming (voorafgaand verlof) nodig heeft om via de drukpers zijn of haar gedachten of gevoelens bekend te maken (openbaren). Dit geldt echter met dien verstande dat iedereen wel verantwoordelijk blijft voor wat hij of zij publiceert, overeenkomstig de bepalingen van de wet (behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet).

2. De wet stelt regels omtrent radio en televisie. Er is geen voorafgaand toezicht op de inhoud van een radio- of televisieuitzending.

Dit lid stelt dat de wet regels vaststelt met betrekking tot radio en televisie. Belangrijk hierbij is dat er geen toezicht plaatsvindt op de inhoud van een radio- of televisieuitzending voordat deze wordt uitgezonden (geen voorafgaand toezicht).

3. Voor het openbaren van gedachten of gevoelens door andere dan in de voorgaande leden genoemde middelen heeft niemand voorafgaand verlof nodig wegens de inhoud daarvan, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. De wet kan het geven van vertoningen toegankelijk voor personen jonger dan zestien jaar regelen ter bescherming van de goede zeden.

Dit lid bepaalt dat ook voor het bekendmaken (openbaren) van gedachten of gevoelens via andere middelen dan de drukpers, radio of televisie (zoals genoemd in de vorige leden), niemand van tevoren toestemming (voorafgaand verlof) nodig heeft vanwege de inhoud van die uiting. Dit is eveneens onder voorbehoud van ieders verantwoordelijkheid volgens de wet (behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet). Verder stelt dit lid dat de wet regels kan opstellen voor het aanbieden van vertoningen die toegankelijk zijn voor personen jonger dan zestien jaar, met als doel de bescherming van de goede zeden.

4. De voorgaande leden zijn niet van toepassing op het maken van handelsreclame.

Dit lid geeft aan dat de bepalingen in de eerste drie leden van dit artikel (de voorgaande leden) niet gelden voor het maken van handelsreclame. Met andere woorden, voor handelsreclame kunnen dus wel andere regels gelden, zoals de mogelijkheid van voorafgaand verlof.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad99x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BW9230 - Botsing grondrechten: verbod op uitzenden heimelijk gemaakte TBS-opnamen - 4 oktober 2012

ECLI:NL:HR:2012:BW92304 oktober 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Bij een botsing tussen het recht op vrijheid van meningsuiting (art. 10 EVRM) en het recht op privacy (art. 8 EVRM) dient een integrale afweging van alle omstandigheden plaats te vinden. Geen van beide rechten heeft voorrang; de noodzakelijkheidstoets is inherent aan deze belangenafweging.

Civiel RechtInformatierecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad88x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BB3210 - Hoge Raad - 17 januari 2008

ECLI:NL:HR:2008:BB321017 januari 2008Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad56x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:AZ3085 - Hoge Raad - 22 februari 2007

ECLI:NL:HR:2007:AZ308522 februari 2007Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2000:AA5201 - Hoge Raad - 20 maart 2000

ECLI:NL:HR:2000:AA520120 maart 2000Dit wetsartikel wordt 20 keer genoemd in deze uitspraak
StaatsrechtGrondrechten
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad36x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:126 - Demonstratierecht versus Lokaalvredebreuk: Schuldigverklaring Zonder Straf Toegestaan - 7 februari 2022

ECLI:NL:HR:2022:1267 februari 2022Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een veroordeling voor lokaalvredebreuk tijdens een demonstratie schendt de artikelen 10 en 11 EVRM niet, mits de beperking gerechtvaardigd is, een redelijk alternatief is geboden en de sanctie (schuldigverklaring zonder straf) proportioneel is en een ‘chilling effect’ voorkomt.

Internationaal PubliekrechtMensenrechten
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad18x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:1946 - APV-verbod op Hells Angels-hesje onverbindend wegens strijd met Grondwet - 23 december 2021

ECLI:NL:HR:2021:194623 december 2021Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

Een gemeentelijke APV-bepaling die het dragen van kenmerken van een verboden organisatie strafbaar stelt, is onverbindend. Het betreft een beperking op de inhoud van de vrijheid van meningsuiting (art. 7 lid 3 Grondwet), die uitsluitend bij wet in formele zin mag worden vastgelegd.

StrafrechtStrafprocesrecht, Materieel Strafrecht
StaatsrechtGrondrechten
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1969:AC4903 - Hoge Raad - 23 januari 1969

ECLI:NL:HR:1969:AC490323 januari 1969Dit wetsartikel wordt 9 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht
StaatsrechtGrondrechten
Hoge Raad27x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:3627 - Onrechtmatige publicatie: belangenafweging vrijheid van meningsuiting en privacy - 17 december 2015

ECLI:NL:HR:2015:362717 december 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Bij de botsing tussen het recht op vrijheid van meningsuiting (art. 10 EVRM) en het recht op privacy (art. 8 EVRM) dient een afweging plaats te vinden van alle omstandigheden van het geval, zonder dat aan een van beide rechten in beginsel voorrang toekomt.

Hoge Raad12x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AF3416 - Hoge Raad - 1 mei 2003

ECLI:NL:HR:2003:AF34161 mei 2003Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht, Informatierecht, Intellectueel Eigendomsrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:948 - Vereniging Martijn: Verbodenverklaring wegens strijd met de openbare orde - 17 april 2014

ECLI:NL:HR:2014:94817 april 2014Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

De werkzaamheid van een vereniging die seksueel contact met kinderen goedpraat en verheerlijkt, vormt een daadwerkelijke en ernstige aantasting van de seksuele integriteit van het kind. Een verbod en ontbinding zijn dan, ondanks de vrijheid van meningsuiting en vereniging, noodzakelijk in een democratische samenleving.

Civiel RechtOndernemingsrecht, Burgerlijk Procesrecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten