Artikel 17 (Recht op eerlijk proces en wettelijke rechter)
1. Ieder heeft bij het vaststellen van zijn rechten en verplichtingen of bij het bepalen van de gegrondheid van een tegen hem ingestelde vervolging recht op een eerlijk proces binnen een redelijke termijn voor een onafhankelijke en onpartijdige rechter.
2. Niemand kan tegen zijn wil worden afgehouden van de rechter die de wet hem toekent.
Uitleg in duidelijke taal
1. Ieder heeft bij het vaststellen van zijn rechten en verplichtingen of bij het bepalen van de gegrondheid van een tegen hem ingestelde vervolging recht op een eerlijk proces binnen een redelijke termijn voor een onafhankelijke en onpartijdige rechter.
Dit artikelonderdeel betekent dat elke persoon het recht heeft op een eerlijk proces wanneer zijn of haar rechten en verplichtingen worden vastgesteld, of wanneer wordt beoordeeld of een tegen hem of haar ingestelde vervolging gegrond is. Dit proces dient te geschieden binnen een redelijke termijn en voor een rechter die onafhankelijk en onpartijdig is.
2. Niemand kan tegen zijn wil worden afgehouden van de rechter die de wet hem toekent.
Dit artikelonderdeel betekent dat geen enkele persoon, tegen zijn of haar eigen wil, kan worden verhinderd om zijn of haar zaak te laten behandelen door de rechter die volgens de wet bevoegd is voor die specifieke zaak.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2012:BW6135
ECLI:NL:HR:2019:1731 - Ambtshalve toetsing door de verlofrechter bij arbitrale vonnissen in consumentenzaken
De Hoge Raad oordeelt dat de voorzieningenrechter die verlof verleent voor een arbitraal vonnis tegen een consument, ambtshalve moet toetsen op oneerlijke bedingen (EU-recht) en de naleving van de keuzetermijn voor de overheidsrechter (art. 6:236n BW). Een marginale toets volstaat niet.