Grondwet

1. Bij de wet kunnen in het Caribische deel van Nederland andere territoriale openbare lichamen dan provincies en gemeenten worden ingesteld en opgeheven.

Dit lid bepaalt dat de wet de bevoegdheid geeft om in het Caribische deel van Nederland andere territoriale openbare lichamen, die niet provincies of gemeenten zijn, op te richten (ingesteld) en af te schaffen (opgeheven).

2. De artikelen 124, 125 en 127 tot en met 132 zijn ten aanzien van deze openbare lichamen van overeenkomstige toepassing.

Dit lid stelt dat de artikelen 124, 125 en 127 tot en met 132 van de Grondwet op een vergelijkbare manier (van overeenkomstige toepassing) van toepassing zijn op deze openbare lichamen.

3. In deze openbare lichamen worden verkiezingen gehouden voor een kiescollege voor de Eerste Kamer. Artikel 129 is van overeenkomstige toepassing.

Dit lid schrijft voor dat in deze openbare lichamen verkiezingen worden georganiseerd voor een kiescollege. Dit kiescollege is bestemd voor de Eerste Kamer. Artikel 129 van de Grondwet is hierbij op een vergelijkbare manier (van overeenkomstige toepassing) van toepassing.

4. Voor deze openbare lichamen kunnen regels worden gesteld en andere specifieke maatregelen worden getroffen met het oog op bijzondere omstandigheden waardoor deze openbare lichamen zich wezenlijk onderscheiden van het Europese deel van Nederland.

Dit lid maakt het mogelijk dat voor deze openbare lichamen regels en andere specifieke maatregelen worden vastgesteld. De reden hiervoor is dat er bijzondere omstandigheden kunnen zijn waardoor deze openbare lichamen fundamenteel (wezenlijk) anders zijn dan het Europese deel van Nederland.