Terug naar bibliotheek
Titel III. De bevoegdheid van het gemeentebestuur
Hoofdstuk XI. De bevoegdheid van de burgemeester
Artikel 174a

Artikel 174a (Sluitingsbevoegdheid burgemeester bij openbare ordeverstoring)

Laatste versie

1. De burgemeester kan besluiten een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal behorend erf te sluiten, indien:

a. door gedragingen in de woning of het lokaal of op het erf de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf ernstig wordt verstoord; b. door ernstig geweld, of bedreiging daarmee, in of in de onmiddellijke nabijheid van de woning of het lokaal of op het erf of in de onmiddellijke nabijheid van het erf, de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf ernstig wordt verstoord of ernstige vrees bestaat voor het ontstaan van een zodanige verstoring; c. door het aantreffen in de woning of het lokaal of op het erf van een wapen als bedoeld in artikel 2 van de Wet wapens en munitie de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf ernstig wordt verstoord of ernstige vrees bestaat voor het ontstaan van een zodanige verstoring.

2. De in het eerste lid, aanhef, genoemde bevoegdheid komt de burgemeester eveneens toe in geval van ernstige vrees voor verstoring van de openbare orde op de grond dat de rechthebbende op de woning, het lokaal of het erf eerder een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal behorend erf op een zodanige wijze heeft gebruikt of doen gebruiken dat die woning, dat lokaal of dat erf op grond van het eerste lid, onderdeel a, is gesloten, en er aanwijzingen zijn dat betrokkene de woning, het lokaal of het erf ten aanzien waarvan hij rechthebbende is eveneens op een zodanige wijze zal gebruiken of doen gebruiken.

3. De burgemeester bepaalt in het besluit de duur van de sluiting. In geval van ernstige vrees voor herhaling of het ontstaan van de ernstige verstoring van de openbare orde kan hij besluiten de duur van de sluiting tot een door hem te bepalen tijdstip te verlengen.

4. Bij de bekendmaking van het besluit worden belanghebbenden in de gelegenheid gesteld binnen een te stellen termijn maatregelen te treffen waardoor de ernstige verstoring van de openbare orde wordt beëindigd of voorkomen. De eerste volzin is niet van toepassing, indien voorafgaande bekendmaking in spoedeisende gevallen niet mogelijk is.

5. De artikelen 5:25 tot en met 5:28 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. De burgemeester kan van de overtreder de ingevolge artikel 5:25 van de Algemene wet bestuursrecht verschuldigde kosten invorderen bij dwangbevel.

Uitleg in duidelijke taal

1. De burgemeester kan besluiten een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal behorend erf te sluiten, indien:

Dit betekent dat de burgemeester de bevoegdheid heeft om te beslissen tot sluiting van een woning, een lokaal dat niet voor publiek toegankelijk is, of een erf dat bij die woning of dat lokaal hoort, onder bepaalde voorwaarden.

a. door gedragingen in de woning of het lokaal of op het erf de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf ernstig wordt verstoord;

Dit betekent: indien de openbare orde rondom de woning, het lokaal of het erf ernstig verstoord wordt als gevolg van gedragingen die plaatsvinden in de woning, in het lokaal of op het erf.

b. door ernstig geweld, of bedreiging daarmee, in of in de onmiddellijke nabijheid van de woning of het lokaal of op het erf of in de onmiddellijke nabijheid van het erf, de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf ernstig wordt verstoord of ernstige vrees bestaat voor het ontstaan van een zodanige verstoring;

Dit betekent: indien de openbare orde rondom de woning, het lokaal of het erf ernstig verstoord wordt, of er ernstige vrees bestaat dat zo'n verstoring zal ontstaan, als gevolg van ernstig geweld of de dreiging met ernstig geweld. Dit geweld of de dreiging daarmee moet plaatsvinden in of direct in de buurt van de woning, het lokaal of het erf, of direct in de buurt van het erf.

c. door het aantreffen in de woning of het lokaal of op het erf van een wapen als bedoeld in artikel 2 van de Wet wapens en munitie de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf ernstig wordt verstoord of ernstige vrees bestaat voor het ontstaan van een zodanige verstoring.

Dit betekent: indien de openbare orde rondom de woning, het lokaal of het erf ernstig verstoord wordt, of er ernstige vrees bestaat dat zo'n verstoring zal ontstaan, doordat in de woning, het lokaal of op het erf een wapen wordt gevonden zoals omschreven in artikel 2 van de Wet wapens en munitie.

2. De in het eerste lid, aanhef, genoemde bevoegdheid komt de burgemeester eveneens toe in geval van ernstige vrees voor verstoring van de openbare orde op de grond dat de rechthebbende op de woning, het lokaal of het erf eerder een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal behorend erf op een zodanige wijze heeft gebruikt of doen gebruiken dat die woning, dat lokaal of dat erf op grond van het eerste lid, onderdeel a, is gesloten, en er aanwijzingen zijn dat betrokkene de woning, het lokaal of het erf ten aanzien waarvan hij rechthebbende is eveneens op een zodanige wijze zal gebruiken of doen gebruiken.

Dit betekent dat de burgemeester de bevoegdheid tot sluiting, zoals genoemd in de inleiding van het eerste lid, ook heeft wanneer er ernstige vrees is voor verstoring van de openbare orde. Deze vrees moet gebaseerd zijn op het feit dat de persoon die recht heeft op de woning, het lokaal of het erf (de rechthebbende) eerder een dergelijke plaats zo heeft gebruikt of laten gebruiken dat deze op basis van lid 1, sub a (gedragingen die de openbare orde ernstig verstoren) gesloten is. Bovendien moeten er aanwijzingen zijn dat deze persoon de huidige woning, het lokaal of het erf waar hij rechthebbende van is, op een vergelijkbare manier zal gebruiken of laten gebruiken.

3. De burgemeester bepaalt in het besluit de duur van de sluiting. In geval van ernstige vrees voor herhaling of het ontstaan van de ernstige verstoring van de openbare orde kan hij besluiten de duur van de sluiting tot een door hem te bepalen tijdstip te verlengen.

Dit betekent dat de burgemeester in zijn besluit vastlegt hoe lang de sluiting zal duren. Als er ernstige vrees is dat de ernstige verstoring van de openbare orde zich zal herhalen of opnieuw zal ontstaan, kan de burgemeester besluiten om de sluitingsduur te verlengen tot een datum die hij vaststelt.

4. Bij de bekendmaking van het besluit worden belanghebbenden in de gelegenheid gesteld binnen een te stellen termijn maatregelen te treffen waardoor de ernstige verstoring van de openbare orde wordt beëindigd of voorkomen. De eerste volzin is niet van toepassing, indien voorafgaande bekendmaking in spoedeisende gevallen niet mogelijk is.

Dit betekent dat wanneer het besluit tot sluiting wordt bekendgemaakt, de betrokken personen (belanghebbenden) de kans krijgen om binnen een door de burgemeester vastgestelde periode maatregelen te nemen. Deze maatregelen moeten ervoor zorgen dat de ernstige verstoring van de openbare orde stopt of wordt voorkomen. De regel dat belanghebbenden deze kans krijgen (de eerste zin) geldt niet als het om een spoedgeval gaat waarbij het niet mogelijk is om het besluit vooraf bekend te maken.

5. De artikelen 5:25 tot en met 5:28 van de Algemene wet bestuursrecht zijn van overeenkomstige toepassing. De burgemeester kan van de overtreder de ingevolge artikel 5:25 van de Algemene wet bestuursrecht verschuldigde kosten invorderen bij dwangbevel.

Dit betekent dat de regels uit de artikelen 5:25 tot en met 5:28 van de Algemene wet bestuursrecht op een vergelijkbare manier gelden in deze situatie. Verder kan de burgemeester de kosten die de overtreder volgens artikel 5:25 van de Algemene wet bestuursrecht moet betalen, opeisen door middel van een dwangbevel (een bevel tot betaling).