Artikel 15 (Handelingsverboden en gedragscode raadsleden)
1. Een lid van de raad mag niet:
a. als advocaat of adviseur in geschillen werkzaam zijn ten behoeve van de gemeente of het gemeentebestuur dan wel ten behoeve van de wederpartij van de gemeente of het gemeentebestuur; b. als gemachtigde in geschillen werkzaam zijn ten behoeve van de wederpartij van de gemeente of het gemeentebestuur; c. als vertegenwoordiger of adviseur werkzaam zijn ten behoeve van derden tot het met de gemeente aangaan van:
1e. overeenkomsten als bedoeld in onderdeel d; 2e. overeenkomsten tot het leveren van onroerende zaken aan de gemeente;
d. rechtstreeks of middellijk een overeenkomst aangaan betreffende:
1e. het aannemen van werk ten behoeve van de gemeente; 2e. het buiten dienstbetrekking tegen beloning verrichten van werkzaamheden ten behoeve van de gemeente; 3e. het leveren van roerende zaken anders dan om niet aan de gemeente; 4e. het verhuren van roerende zaken aan de gemeente; 5e. het verwerven van betwiste vorderingen ten laste van de gemeente; 6e. het van de gemeente onderhands verwerven van onroerende zaken of beperkte rechten waaraan deze zijn onderworpen; 7e. het onderhands huren of pachten van de gemeente.
2. Van het eerste lid, aanhef en onder d, kunnen gedeputeerde staten ontheffing verlenen.
3. De raad stelt voor zijn leden een gedragscode vast.
Uitleg in duidelijke taal
1. Een lid van de raad mag niet:
Dit lid geeft aan dat er specifieke handelingen zijn die een lid van de raad niet mag uitvoeren.
a. als advocaat of adviseur in geschillen werkzaam zijn ten behoeve van de gemeente of het gemeentebestuur dan wel ten behoeve van de wederpartij van de gemeente of het gemeentebestuur;
Dit betekent dat een raadslid niet mag optreden als advocaat of adviseur in juridische geschillen, noch voor de gemeente of het gemeentebestuur, noch voor de partij die een geschil heeft met de gemeente of het gemeentebestuur (de wederpartij).
b. als gemachtigde in geschillen werkzaam zijn ten behoeve van de wederpartij van de gemeente of het gemeentebestuur;
Dit houdt in dat een raadslid niet als vertegenwoordiger (gemachtigde) mag handelen in juridische geschillen namens de partij die een geschil heeft met de gemeente of het gemeentebestuur (de wederpartij).
c. als vertegenwoordiger of adviseur werkzaam zijn ten behoeve van derden tot het met de gemeente aangaan van:
Dit stelt dat een raadslid niet als vertegenwoordiger of adviseur voor anderen (derden) mag optreden bij het sluiten van bepaalde overeenkomsten met de gemeente, namelijk:
1e. overeenkomsten als bedoeld in onderdeel d;
Dit verwijst naar de overeenkomsten die nader gespecificeerd zijn in onderdeel d van dit artikel.
2e. overeenkomsten tot het leveren van onroerende zaken aan de gemeente;
Dit betreft overeenkomsten waarbij onroerende zaken (zoals grond of gebouwen) aan de gemeente worden geleverd.
d. rechtstreeks of middellijk een overeenkomst aangaan betreffende:
Dit verbiedt een raadslid om zelf, direct (rechtstreeks) of indirect (middellijk), een overeenkomst met de gemeente aan te gaan die betrekking heeft op:
1e. het aannemen van werk ten behoeve van de gemeente;
Dit betreft het uitvoeren van werkzaamheden voor de gemeente.
2e. het buiten dienstbetrekking tegen beloning verrichten van werkzaamheden ten behoeve van de gemeente;
Dit ziet op het tegen betaling verrichten van werk voor de gemeente, zonder dat er sprake is van een formele aanstelling (dienstbetrekking).
3e. het leveren van roerende zaken anders dan om niet aan de gemeente;
Dit gaat om het leveren van verplaatsbare goederen (roerende zaken) aan de gemeente, tenzij dit kosteloos (om niet) gebeurt.
4e. het verhuren van roerende zaken aan de gemeente;
Dit betreft het verhuren van verplaatsbare goederen aan de gemeente.
5e. het verwerven van betwiste vorderingen ten laste van de gemeente;
Dit houdt in het overnemen van vorderingen op de gemeente waarover een geschil bestaat (betwiste vorderingen).
6e. het van de gemeente onderhands verwerven van onroerende zaken of beperkte rechten waaraan deze zijn onderworpen;
Dit verbiedt het op niet-openbare wijze (onderhands) kopen van onroerende zaken van de gemeente, of het verkrijgen van beperkte rechten (zoals erfpacht) die op deze onroerende zaken rusten.
7e. het onderhands huren of pachten van de gemeente.
Dit betreft het op niet-openbare wijze (onderhands) huren of pachten van eigendommen van de gemeente.
2. Van het eerste lid, aanhef en onder d, kunnen gedeputeerde staten ontheffing verlenen.
Dit lid bepaalt dat Gedeputeerde Staten (het dagelijks bestuur van de provincie) een uitzondering (ontheffing) kunnen toestaan op de verboden die zijn genoemd in het eerste lid, specifiek onder onderdeel d.
3. De raad stelt voor zijn leden een gedragscode vast.
Dit lid legt de gemeenteraad de verplichting op om een gedragscode op te stellen voor zijn eigen leden.