Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Tweede afdeling. Van de gevolgen der faillietverklaring
Artikel 43

Artikel 43 (Wettelijke vermoedens pauliana wetenschap benadeling)

Laatste versie

1. Indien de rechtshandeling waardoor de schuldeisers zijn benadeeld, is verricht binnen een jaar voor de faillietverklaring en de schuldenaar zich niet reeds voor de aanvang van die termijn daartoe had verplicht, wordt de aan het slot van artikel 42, eerste lid, eerste zin, bedoelde wetenschap, behoudens tegenbewijs, vermoed aan beide zijden te bestaan:

1°. bij overeenkomsten, waarbij de waarde der verbintenis aan de zijde van de schuldenaar aanmerkelijk die der verbintenis aan de andere zijde overtreft; 2°. bij rechtshandelingen ter voldoening van of zekerheidstelling voor een niet opeisbare schuld; 3°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die een natuurlijk persoon is, verricht met of jegens:

a. zijn echtgenoot, zijn pleegkind of een bloed- of aanverwant tot in de derde graad; b. een rechtspersoon waarin hij, zijn echtgenoot, zijn pleegkind of een bloed- of aanverwant tot in de derde graad bestuurder of commissaris is, dan wel waarin deze personen, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelnemen;

4°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een natuurlijk persoon,

a. die bestuurder of commissaris van de rechtspersoon is, dan wel met of jegens diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad: b. die al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot in de derde graad, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelneemt; c. wiens echtgenoot, pleegkinderen of bloed- of aanverwanten tot in de derde graad, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor tenminste de helft van het geplaatste kapitaal deelnemen;

5°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een andere rechtspersoon, indien

a. een van deze rechtspersonen bestuurder is van de andere; b. een bestuurder, natuurlijk persoon, van een van deze rechtspersonen, of diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad, bestuurder is van de andere; c. een bestuurder, natuurlijk persoon, of een commissaris van een van deze rechtspersonen, of diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelneemt in de andere; d. in beide rechtspersonen voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal rechtstreeks of middellijk wordt deelgenomen door dezelfde rechtspersoon, dan wel dezelfde natuurlijke persoon, al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot in de derde graad;

6°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een groepsmaatschappij.

2. Met een echtgenoot wordt een geregistreerde partner of een andere levensgezel gelijkgesteld.

3. Onder pleegkind wordt verstaan hij die duurzaam als eigen kind is verzorgd en opgevoed.

4. Onder bestuurder, commissaris of aandeelhouder wordt mede verstaan hij die minder dan een jaar vóór de rechtshandeling bestuurder, commissaris of aandeelhouder is geweest.

5. Indien de bestuurder van een rechtspersoon-bestuurder zelf een rechtspersoon is, wordt deze rechtspersoon met de rechtspersoon-bestuurder gelijkgesteld.

6. Artikel 138, tiende lid, van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is van toepassing ingeval de schuldenaar een rechtspersoon is.

Uitleg in duidelijke taal

1. Indien de rechtshandeling waardoor de schuldeisers zijn benadeeld, is verricht binnen een jaar voor de faillietverklaring en de schuldenaar zich niet reeds voor de aanvang van die termijn daartoe had verplicht, wordt de aan het slot van artikel 42, eerste lid, eerste zin, bedoelde wetenschap, behoudens tegenbewijs, vermoed aan beide zijden te bestaan:

Dit betekent letterlijk: Als een rechtshandeling is verricht waardoor de schuldeisers zijn benadeeld, en deze rechtshandeling is uitgevoerd binnen één jaar vóór de faillietverklaring, en de schuldenaar was niet al vóór het begin van die termijn verplicht om deze rechtshandeling te verrichten, dan wordt de wetenschap van benadeling (zoals bedoeld aan het einde van de eerste zin van artikel 42, eerste lid) vermoed aanwezig te zijn bij zowel de schuldenaar als de andere betrokken partij. Dit vermoeden geldt, tenzij er tegenbewijs wordt geleverd (behoudens tegenbewijs). Dit vermoeden van wetenschap aan beide zijden bestaat in de volgende gevallen:

1°. bij overeenkomsten, waarbij de waarde der verbintenis aan de zijde van de schuldenaar aanmerkelijk die der verbintenis aan de andere zijde overtreft;

Dit betekent letterlijk: bij overeenkomsten waarbij de waarde van de prestatie (verbintenis) die de schuldenaar moet leveren aanzienlijk (aanmerkelijk) groter is dan de waarde van de prestatie die de andere partij moet leveren.

2°. bij rechtshandelingen ter voldoening van of zekerheidstelling voor een niet opeisbare schuld;

Dit betekent letterlijk: bij rechtshandelingen die zijn verricht om een schuld te betalen (voldoening) of om zekerheid te stellen voor een schuld die nog niet betaald hoefde te worden (niet opeisbare schuld).

3°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die een natuurlijk persoon is, verricht met of jegens:

Dit betekent letterlijk: bij rechtshandelingen die zijn verricht door de schuldenaar, als deze een natuurlijk persoon (een mens) is, met of ten opzichte van (jegens):

a. zijn echtgenoot, zijn pleegkind of een bloed- of aanverwant tot in de derde graad;

Dit betekent letterlijk: zijn echtgenoot, zijn pleegkind, of een bloedverwant (familie door geboorte) of aanverwant (familie door huwelijk) tot en met de derde graad.

b. een rechtspersoon waarin hij, zijn echtgenoot, zijn pleegkind of een bloed- of aanverwant tot in de derde graad bestuurder of commissaris is, dan wel waarin deze personen, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelnemen;

Dit betekent letterlijk: een rechtspersoon (zoals een BV of NV) waarin hijzelf, zijn echtgenoot, zijn pleegkind, of een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad de functie van bestuurder of commissaris vervult, of waarin deze genoemde personen, alleen of samen, direct (rechtstreeks) of indirect (middellijk) als aandeelhouder minstens de helft van het geplaatste aandelenkapitaal bezitten.

4°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een natuurlijk persoon,

Dit betekent letterlijk: bij rechtshandelingen die zijn verricht door de schuldenaar, als deze een rechtspersoon is, met of ten opzichte van (jegens) een natuurlijk persoon,

a. die bestuurder of commissaris van de rechtspersoon is, dan wel met of jegens diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad:

Dit betekent letterlijk: die bestuurder of commissaris is van die rechtspersoon, of met of jegens de echtgenoot, het pleegkind, of een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad van die bestuurder of commissaris;

b. die al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot in de derde graad, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelneemt;

Dit betekent letterlijk: die, al dan niet samen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad, als aandeelhouder direct (rechtstreeks) of indirect (middellijk) minstens de helft van het geplaatste aandelenkapitaal bezit;

c. wiens echtgenoot, pleegkinderen of bloed- of aanverwanten tot in de derde graad, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor tenminste de helft van het geplaatste kapitaal deelnemen;

Dit betekent letterlijk: wiens echtgenoot, pleegkinderen of bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad, alleen of samen, als aandeelhouder direct (rechtstreeks) of indirect (middellijk) minstens de helft van het geplaatste aandelenkapitaal bezitten;

5°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een andere rechtspersoon, indien

Dit betekent letterlijk: bij rechtshandelingen die zijn verricht door de schuldenaar, als deze een rechtspersoon is, met of ten opzichte van (jegens) een andere rechtspersoon, indien:

a. een van deze rechtspersonen bestuurder is van de andere;

Dit betekent letterlijk: een van deze twee rechtspersonen de bestuurder is van de andere rechtspersoon;

b. een bestuurder, natuurlijk persoon, van een van deze rechtspersonen, of diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad, bestuurder is van de andere;

Dit betekent letterlijk: een bestuurder die een natuurlijk persoon is van een van deze rechtspersonen, of de echtgenoot, het pleegkind, of een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad van die bestuurder, bestuurder is van de andere rechtspersoon;

c. een bestuurder, natuurlijk persoon, of een commissaris van een van deze rechtspersonen, of diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelneemt in de andere;

Dit betekent letterlijk: een bestuurder die een natuurlijk persoon is, of een commissaris van een van deze rechtspersonen, of de echtgenoot, het pleegkind, of een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad van die bestuurder of commissaris, alleen of samen, als aandeelhouder direct (rechtstreeks) of indirect (middellijk) minstens de helft van het geplaatste aandelenkapitaal bezit in de andere rechtspersoon;

d. in beide rechtspersonen voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal rechtstreeks of middellijk wordt deelgenomen door dezelfde rechtspersoon, dan wel dezelfde natuurlijke persoon, al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot in de derde graad;

Dit betekent letterlijk: in beide rechtspersonen minstens de helft van het geplaatste aandelenkapitaal direct (rechtstreeks) of indirect (middellijk) wordt gehouden door dezelfde rechtspersoon, of door dezelfde natuurlijke persoon, al dan niet samen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot en met de derde graad;

6°. bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een groepsmaatschappij.

Dit betekent letterlijk: bij rechtshandelingen die zijn verricht door de schuldenaar, als deze een rechtspersoon is, met of ten opzichte van (jegens) een groepsmaatschappij (een maatschappij die deel uitmaakt van dezelfde groep als de schuldenaar).

2. Met een echtgenoot wordt een geregistreerde partner of een andere levensgezel gelijkgesteld.

Dit betekent letterlijk dat voor de toepassing van dit artikel een geregistreerde partner of een andere levensgezel op dezelfde manier wordt behandeld als een echtgenoot.

3. Onder pleegkind wordt verstaan hij die duurzaam als eigen kind is verzorgd en opgevoed.

Dit betekent letterlijk dat met 'pleegkind' wordt bedoeld een persoon die langdurig (duurzaam) als een eigen kind is verzorgd en opgevoed.

4. Onder bestuurder, commissaris of aandeelhouder wordt mede verstaan hij die minder dan een jaar vóór de rechtshandeling bestuurder, commissaris of aandeelhouder is geweest.

Dit betekent letterlijk dat onder de termen 'bestuurder', 'commissaris' of 'aandeelhouder' ook wordt begrepen een persoon die in de periode van minder dan een jaar vóór het verrichten van de rechtshandeling de functie van bestuurder, commissaris of aandeelhouder heeft bekleed.

5. Indien de bestuurder van een rechtspersoon-bestuurder zelf een rechtspersoon is, wordt deze rechtspersoon met de rechtspersoon-bestuurder gelijkgesteld.

Dit betekent letterlijk: Als de bestuurder van een rechtspersoon die zelf bestuurder is (een rechtspersoon-bestuurder), ook een rechtspersoon is, dan wordt deze laatstgenoemde rechtspersoon gelijkgesteld aan de rechtspersoon-bestuurder.

6. Artikel 138, tiende lid, van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is van toepassing ingeval de schuldenaar een rechtspersoon is.

Dit betekent letterlijk dat artikel 138, lid 10, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing is wanneer de schuldenaar een rechtspersoon is. (Dit artikel betreft tegenstrijdig belang bij rechtshandelingen).

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad44x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2020:73

ECLI:NL:HR:2020:7317 januari 2020Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:CA3762

ECLI:NL:HR:2013:CA376229 november 2013Dit wetsartikel wordt 7 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad13x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2000:AA6234

ECLI:NL:HR:2000:AA623416 juni 2000Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Vastgoedrecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad12x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1992:ZC0615

ECLI:NL:HR:1992:ZC061522 mei 1992Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:2172

ECLI:NL:HR:2016:217223 september 2016Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtOndernemingsrecht, Insolventierecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:112 - Faillissementsakkoord bindt Staat ook bij niet-ingediende ontnemingsvordering

ECLI:NL:HR:2021:1122 februari 2021Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een gehomologeerd faillissementsakkoord is op grond van artikel 157 Fw verbindend voor de Staat met een ontnemingsvordering, ook als de Staat deze vordering niet heeft ingediend. De resterende vordering wordt een niet-afdwingbare natuurlijke verbintenis.

Civiel RechtInsolventierecht
StrafrechtStrafprocesrecht, Penitentiair Strafrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1991:ZC0182

ECLI:NL:HR:1991:ZC018222 maart 1991Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AT1089

ECLI:NL:HR:2005:AT10898 juli 2005Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2000:AA4726

ECLI:NL:HR:2000:AA47264 februari 2000Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:AB0700

ECLI:NL:HR:2001:AB070023 maart 2001Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Goederenrecht, Insolventierecht, Ondernemingsrecht