Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Eerste afdeling. Van de faillietverklaring
Artikel 4

Artikel 4 (Procedure aangifte en verzoek faillietverklaring)

Laatste versie

1. De aangifte tot faillietverklaring wordt gedaan en het verzoek daartoe ingediend ter griffie en met de meeste spoed in raadkamer behandeld. Het Openbaar Ministerie wordt daarop gehoord. Indien de aangifte tot faillietverklaring wordt gedaan door een natuurlijk persoon, stelt de griffier deze terstond ervan in kennis dat hij, onverminderd artikel 15b, eerste lid, een verzoek als bedoeld in artikel 284 kan indienen.

2. Een schuldenaar die gehuwd is of een geregistreerd partnerschap is aangegaan kan slechts aangifte doen met medewerking van zijn echtgenoot onderscheidenlijk geregistreerde partner tenzij iedere gemeenschap tussen echtgenoten onderscheidenlijk geregistreerde partners, is uitgesloten.

3. Ten aanzien ener vennootschap onder ene firma, moet de aangifte inhouden de naam en de woonplaats van elk der hoofdelijk voor het geheel verbonden vennoten.

4. De aangifte of het verzoek tot faillietverklaring bevat zodanige gegevens dat de rechter kan beoordelen of hem rechtsmacht toekomt op grond van de verordening, genoemd in artikel 5, derde lid.

5. Het vonnis van faillietverklaring wordt ter openbare zitting uitgesproken en is bij voorraad, op de minuut uitvoerbaar, niettegenstaande enige daartegen gerichte voorziening.

Uitleg in duidelijke taal

1. De aangifte tot faillietverklaring wordt gedaan en het verzoek daartoe ingediend ter griffie en met de meeste spoed in raadkamer behandeld. Het Openbaar Ministerie wordt daarop gehoord. Indien de aangifte tot faillietverklaring wordt gedaan door een natuurlijk persoon, stelt de griffier deze terstond ervan in kennis dat hij, onverminderd artikel 15b, eerste lid, een verzoek als bedoeld in artikel 284 kan indienen.

Dit lid bepaalt dat de aangifte tot faillietverklaring en het verzoek daartoe moeten worden ingediend bij de griffie. Deze worden vervolgens met de meeste spoed behandeld in de raadkamer. Het Openbaar Ministerie zal daarover worden gehoord. Wanneer een natuurlijk persoon de aangifte tot faillietverklaring doet, informeert de griffier deze persoon terstond (onmiddellijk) dat hij, onverminderd (met inachtneming van) artikel 15b, eerste lid, een verzoek kan indienen zoals bedoeld in artikel 284 (Wet schuldsanering natuurlijke personen).

2. Een schuldenaar die gehuwd is of een geregistreerd partnerschap is aangegaan kan slechts aangifte doen met medewerking van zijn echtgenoot onderscheidenlijk geregistreerde partner tenzij iedere gemeenschap tussen echtgenoten onderscheidenlijk geregistreerde partners, is uitgesloten.

Dit lid stelt dat een schuldenaar die gehuwd is of een geregistreerd partnerschap is aangegaan, alleen aangifte tot faillietverklaring kan doen met medewerking van zijn echtgenoot of geregistreerde partner. Een uitzondering hierop geldt indien iedere gemeenschap van goederen tussen de echtgenoten of geregistreerde partners is uitgesloten. Het woord "onderscheidenlijk" betekent hier respectievelijk.

3. Ten aanzien ener vennootschap onder ene firma, moet de aangifte inhouden de naam en de woonplaats van elk der hoofdelijk voor het geheel verbonden vennoten.

Dit lid schrijft voor dat, met betrekking tot een vennootschap onder firma (VOF), de aangifte tot faillietverklaring de naam en de woonplaats moet bevatten van elk van de vennoten die hoofdelijk voor het geheel verbonden zijn.

4. De aangifte of het verzoek tot faillietverklaring bevat zodanige gegevens dat de rechter kan beoordelen of hem rechtsmacht toekomt op grond van de verordening, genoemd in artikel 5, derde lid.

Dit lid bepaalt dat de aangifte of het verzoek tot faillietverklaring zodanige gegevens moet bevatten dat de rechter kan beoordelen of aan hem rechtsmacht (bevoegdheid) toekomt op basis van de verordening die genoemd wordt in artikel 5, derde lid.

5. Het vonnis van faillietverklaring wordt ter openbare zitting uitgesproken en is bij voorraad, op de minuut uitvoerbaar, niettegenstaande enige daartegen gerichte voorziening.

Dit lid stelt dat het vonnis van faillietverklaring in een openbare zitting wordt uitgesproken. Dit vonnis is bij voorraad uitvoerbaar (direct werkend en afdwingbaar, ook al loopt een termijn voor rechtsmiddelen nog), op de minuut uitvoerbaar (direct uitvoerbaar op basis van het originele, nog niet volledig uitgewerkte vonnis), niettegenstaande enige daartegen gerichte voorziening (eventuele rechtsmiddelen schorten de uitvoerbaarheid niet op).

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad55x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:649 - VOF failliet: positie werknemersvorderingen in privéschuldsanering van de vennoten

ECLI:NL:HR:2019:64919 april 2019Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een arbeidsovereenkomst met een VOF geldt als een overeenkomst met de gezamenlijke vennoten. Hierdoor zijn vorderingen van werknemers (en UWV) niet alleen preferent op het VOF-vermogen, maar ook op het privévermogen van elke vennoot in diens faillissement of schuldsanering.

Civiel RechtInsolventierecht, Ondernemingsrecht, Arbeidsrecht, Burgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht
BestuursrechtSocialezekerheidsrecht
Hoge Raad36x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:251

ECLI:NL:HR:2015:2516 februari 2015Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1988:AD0329

ECLI:NL:HR:1988:AD032920 mei 1988Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:658 - Openbaarheid rechtspraak: recht op informatie over aanhangige civiele procedures

ECLI:NL:HR:2023:65821 april 2023Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat gerechten, binnen de grenzen van de privacywetgeving, aan derden opgave moeten doen van aanhangige civiele procedures. Dit volgt uit het beginsel van openbaarheid van rechtspraak, ook nu fysieke rolzittingen grotendeels zijn afgeschaft.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Informatierecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:BY8279

ECLI:NL:HR:2013:BY82795 april 2013Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtPersonen En Familierecht, Insolventierecht
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:2577

ECLI:NL:HR:2016:257711 november 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak