Artikel 26 (Vorderingen voldoening boedel wijze artikel 110)
Rechtsvorderingen, die voldoening van een verbintenis uit de boedel ten doel hebben, kunnen gedurende het faillissement ook tegen de gefailleerde op geen andere dan een in artikel 110 bepaalde wijze worden ingesteld.
Uitleg in duidelijke taal
Rechtsvorderingen, die voldoening van een verbintenis uit de boedel ten doel hebben, kunnen gedurende het faillissement ook tegen de gefailleerde op geen andere dan een in artikel 110 bepaalde wijze worden ingesteld.
Dit artikel bepaalt dat rechtsvorderingen die als doel hebben de voldoening van een verbintenis uit de boedel te verkrijgen, gedurende het faillissement ook tegen de gefailleerde op geen andere wijze ingesteld kunnen worden dan de wijze die in artikel 110 is bepaald.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2018:424 - Credit Suisse/Jongepier: Verificatie van vorderingen ontstaan tijdens faillissement
Vorderingen die tijdens faillissement ontstaan uit een reeds bestaande rechtsverhouding zijn verifieerbaar, mits zij al besloten lagen in de rechtspositie van de schuldeiser bij faillietverklaring en geen inbreuk vormen op het fixatiebeginsel door de aanspraken van de schuldeiser uit te breiden.
ECLI:NL:HR:2006:AX8838
ECLI:NL:HR:2011:BQ8092
ECLI:NL:HR:2009:BH0070
ECLI:NL:HR:2016:1294
ECLI:NL:HR:2016:1311
ECLI:NL:HR:2020:2100 - Hoge Raad: Art. 29 Fw schorst ook hoger beroep ingesteld na faillissement
Artikel 29 Faillissementswet schorst ook een geding in hoger beroep dat is ingesteld ná de faillietverklaring, indien de uitspraak in eerste aanleg dateert van vóór het faillissement. De Hoge Raad legt de bepaling op grond van haar ratio ruimer uit dan de letterlijke tekst.