Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Tweede afdeling. Van de gevolgen der faillietverklaring
Artikel 23

Artikel 23 (Verlies beschikking en beheer vermogen faillietverklaring)

Laatste versie

Door de faillietverklaring verliest de schuldenaar van rechtswege de beschikking en het beheer over zijn tot het faillissement behorend vermogen, te rekenen van de dag waarop de faillietverklaring wordt uitgesproken, die dag daaronder begrepen.

Uitleg in duidelijke taal

Door de faillietverklaring verliest de schuldenaar van rechtswege de beschikking en het beheer over zijn tot het faillissement behorend vermogen, te rekenen van de dag waarop de faillietverklaring wordt uitgesproken, die dag daaronder begrepen.

Dit artikel houdt in dat de schuldenaar, als direct gevolg van de faillietverklaring, van rechtswege (automatisch krachtens de wet) de beschikking (het recht om te beslissen over zijn vermogensbestanddelen) en het beheer (het dagelijks bestuur daarvan) over zijn tot het faillissement behorend vermogen verliest. Dit verlies van beschikking en beheer treedt in werking te rekenen van de dag waarop de faillietverklaring wordt uitgesproken, die dag daaronder begrepen.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad14x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:689

ECLI:NL:HR:2015:68920 maart 2015Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Financieel Recht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BV0614

ECLI:NL:HR:2012:BV061423 maart 2012Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:1354 - Uitleg subrogatiebeding: aannemelijkheid rechtsgevolgen is een cruciaal gezichtspunt

ECLI:NL:HR:2023:135429 september 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak

Bij de uitleg van een contract, zoals algemene voorwaarden, is de aannemelijkheid van de rechtsgevolgen van een bepaalde interpretatie een cruciaal gezichtspunt. Een hof mag dit gezichtspunt niet negeren, ook niet als de formulering van het beding door één partij is opgesteld.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Insolventierecht
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:351 - Faillissement na WSNP-beëindiging treedt niet van rechtswege in, rechterlijke uitspraak vereist

ECLI:NL:HR:2021:3515 maart 2021Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een faillissement na beëindiging van de schuldsaneringsregeling (art. 350 lid 5 Fw) treedt niet van rechtswege in. Vanwege de ingrijpende gevolgen is hiervoor altijd een rechterlijke uitspraak vereist die het faillissement expliciet vaststelt en uitspreekt.

Civiel RechtInsolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:499

ECLI:NL:HR:2015:49927 februari 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:BZ5663

ECLI:NL:HR:2013:BZ566314 juni 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Goederenrecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AV0653

ECLI:NL:HR:2006:AV065328 april 2006Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2022:80 - Betaling uit roodstand na faillissement: geen onverschuldigde betaling aan de boedel

ECLI:NL:HR:2022:8028 januari 2022Dit wetsartikel wordt 7 keer genoemd in deze uitspraak

Een na faillissement gedane betaling vanaf een bankrekening met een debetsaldo kan door de curator niet als onverschuldigd worden teruggevorderd. Een dergelijke betaling leidt niet tot een vermindering van het boedelactief of een vermeerdering van het boedelpassief en is dus geen schending van het fixatiebeginsel.

Civiel RechtInsolventierecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:1046 - Rabobank/Reuser: Pandrecht op voorwaardelijk eigendom onder eigendomsvoorbehoud

ECLI:NL:HR:2016:10463 juni 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een koper van een zaak onder eigendomsvoorbehoud een voorwaardelijk eigendomsrecht verkrijgt. Dit recht kan onmiddellijk worden verpand. Na faillissement van de koper groeit dit pandrecht van rechtswege uit tot een pandrecht op de onvoorwaardelijke eigendom zodra de voorwaarde (betaling) wordt vervuld.

Civiel RechtGoederenrecht, Insolventierecht
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:1135 - Hoge Raad objectiveert goedetrouw-norm en verruimt reikwijdte Mulder q.q./CL

ECLI:NL:HR:2023:113525 augustus 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad objectiveert de goedetrouw-norm van art. 54/235 Fw: het gaat om weten of behoren te weten. Daarnaast wordt de verrekeningspositie uit Mulder q.q./CL verruimd tot betalingen op de rekening van een andere schuldenaar dan de pandgever, mits het pandrecht ook diens schuld verzekert.

Civiel RechtInsolventierecht, Goederenrecht, Financieel Recht