Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Afdeling 11B. Van het faillissement van een verzekeraar
§ 2. Verzekeraars met zetel in Nederland, verzekeraars zonder vergunning met zetel in een andere lidstaat dan Nederland en verzekeraars met zetel buiten de Europese Unie met bijkantoor in Nederland
Artikel 213abis

Artikel 213abis (Bevoegdheid DNB faillissementsaanvraag verzekeraar)

Laatste versie

1. De Nederlandsche Bank N.V. kan de rechtbank Amsterdam verzoeken ten aanzien van een verzekeraar het faillissement uit te spreken indien is voldaan aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 3A:85, eerste lid, onderdelen a en b, van de Wet op het financieel toezicht.

2. De omstandigheid dat De Nederlandsche Bank N.V. de vergunning van een verzekeraar heeft ingetrokken, staat niet eraan in de weg dat ten aanzien van die verzekeraar toepassing wordt gegeven aan deze afdeling.

3. Een ander dan De Nederlandsche Bank N.V. kan niet het faillissement van een verzekeraar die een door De Nederlandsche Bank N.V. verleende vergunning heeft of heeft gehad aanvragen.

4. De Nederlandsche Bank N.V. overlegt bij het verzoek, bedoeld in het eerste lid, een advies over de uitvoering van het faillissement door de curator.

Uitleg in duidelijke taal

1. De Nederlandsche Bank N.V. kan de rechtbank Amsterdam verzoeken ten aanzien van een verzekeraar het faillissement uit te spreken indien is voldaan aan de voorwaarden, bedoeld in artikel 3A:85, eerste lid, onderdelen a en b, van de Wet op het financieel toezicht.

Dit lid stelt dat De Nederlandsche Bank N.V. de bevoegdheid heeft om de rechtbank Amsterdam te verzoeken het faillissement van een verzekeraar uit te spreken. Dit verzoek kan alleen worden gedaan indien is voldaan aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 3A:85, eerste lid, onderdelen a en b, van de Wet op het financieel toezicht.

2. De omstandigheid dat De Nederlandsche Bank N.V. de vergunning van een verzekeraar heeft ingetrokken, staat niet eraan in de weg dat ten aanzien van die verzekeraar toepassing wordt gegeven aan deze afdeling.

Dit lid verduidelijkt dat het intrekken van de vergunning van een verzekeraar door De Nederlandsche Bank N.V. niet verhindert dat de bepalingen van deze afdeling op die verzekeraar van toepassing zijn.

3. Een ander dan De Nederlandsche Bank N.V. kan niet het faillissement van een verzekeraar die een door De Nederlandsche Bank N.V. verleende vergunning heeft of heeft gehad aanvragen.

Dit lid bepaalt dat alleen De Nederlandsche Bank N.V. het faillissement kan aanvragen van een verzekeraar die een vergunning heeft of heeft gehad die door De Nederlandsche Bank N.V. is verleend. Geen enkele andere partij kan dit doen.

4. De Nederlandsche Bank N.V. overlegt bij het verzoek, bedoeld in het eerste lid, een advies over de uitvoering van het faillissement door de curator.

Dit lid schrijft voor dat De Nederlandsche Bank N.V. bij het indienen van het faillissementsverzoek, zoals bedoeld in het eerste lid, ook een advies moet overleggen. Dit advies betreft de wijze waarop de curator het faillissement dient uit te voeren.