Terug naar bibliotheek
Titel I. Van faillissement
Vijfde afdeling. Van de verificatie der schuldvorderingen
Artikel 121

Artikel 121 (Erkenning vorderingen, proces-verbaal, rechtskracht)

Laatste versie

1. De vorderingen, welke niet betwist worden, worden overgebracht op een in het proces-verbaal op te nemen lijst van erkende schuldeisers. Op het papier aan order en aan toonder wordt door de curator de erkenning aangetekend.

2. De schuldvorderingen, van welke de curator de beëdiging heeft gevorderd, worden voorwaardelijk toegelaten, totdat door het al of niet afleggen van de eed, op de bij het eerste lid van artikel 120 bedoelden tijd, over haar toelating definitief zal zijn beslist.

3. Het proces-verbaal der vergadering wordt ondertekend door de rechter-commissaris en de griffier.

4. De in het proces-verbaal der vergadering opgetekende erkenning ener vordering heeft in het faillissement kracht van gewijsde zaak. Alleen op grond van bedrog kan de curator vernietiging daarvan vorderen.

Uitleg in duidelijke taal

1. De vorderingen, welke niet betwist worden, worden overgebracht op een in het proces-verbaal op te nemen lijst van erkende schuldeisers. Op het papier aan order en aan toonder wordt door de curator de erkenning aangetekend.

Dit betekent letterlijk: De vorderingen waarover geen geschil bestaat (welke niet betwist worden), worden opgenomen (overgebracht) op een lijst van erkende schuldeisers. Deze lijst wordt een onderdeel van het officiële verslag (proces-verbaal). Voor vorderingen die zijn vastgelegd in een papier aan order of een papier aan toonder, tekent de curator de erkenning van deze vorderingen hierop aan.

2. De schuldvorderingen, van welke de curator de beëdiging heeft gevorderd, worden voorwaardelijk toegelaten, totdat door het al of niet afleggen van de eed, op de bij het eerste lid van artikel 120 bedoelden tijd, over haar toelating definitief zal zijn beslist.

Dit betekent letterlijk: De schuldvorderingen waarvoor de curator heeft verzocht dat de schuldeiser een eed aflegt (de beëdiging heeft gevorderd), worden voorlopig (voorwaardelijk) toegelaten. Dit blijft zo totdat er een definitieve beslissing is genomen over hun toelating, welke afhangt van het wel of niet afleggen van de eed op het tijdstip zoals bedoeld in artikel 120, eerste lid.

3. Het proces-verbaal der vergadering wordt ondertekend door de rechter-commissaris en de griffier.

Dit betekent letterlijk: Het officiële verslag van de vergadering (proces-verbaal der vergadering) wordt ondertekend door de rechter-commissaris en de griffier.

4. De in het proces-verbaal der vergadering opgetekende erkenning ener vordering heeft in het faillissement kracht van gewijsde zaak. Alleen op grond van bedrog kan de curator vernietiging daarvan vorderen.

Dit betekent letterlijk: De erkenning van een vordering die is vastgelegd (opgetekend) in het proces-verbaal van de vergadering, heeft binnen het faillissement de status van een onherroepelijke rechterlijke uitspraak (kracht van gewijsde zaak). De curator kan alleen vernietiging van deze erkenning eisen (vorderen) als er sprake is van bedrog.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad31x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:961

ECLI:NL:HR:2013:96115 oktober 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:759 - Verjaring Executoriale Titel uit Faillissement Gelijkgesteld aan Rechterlijk Vonnis

ECLI:NL:HR:2016:75929 april 2016Dit wetsartikel wordt 7 keer genoemd in deze uitspraak

De bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van een proces-verbaal van een verificatievergadering verjaart, net als een rechterlijk vonnis, na twintig jaar conform artikel 3:324 BW. Dit geldt wanneer de vordering is erkend en niet door de gefailleerde is betwist.

Civiel RechtInsolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:3464

ECLI:NL:HR:2014:346428 november 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:2999

ECLI:NL:HR:2014:299917 oktober 2014Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:1404

ECLI:NL:HR:2014:140413 juni 2014Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AR4483

ECLI:NL:HR:2005:AR44834 februari 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2023:1067 - Doorhaling ter rolle en schorsing geding echtgenoot failliet (art. 29 Fw)

ECLI:NL:HR:2023:10677 juli 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een hof mag niet beslissen op een hoger beroep dat ambtshalve is doorgehaald en niet opnieuw aanhangig is gemaakt. Een vordering tegen de echtgenoot van een failliet (gehuwd in gemeenschap van goederen) valt onder de schorsingsregeling van art. 29 Fw.

Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Insolventierecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten