Faillissementswet

1. Tijdens de verificatievergadering, dan wel, nadere verificatievergadering, worden de schuldeisers door of namens de rechter-commissaris behoorlijk geïnformeerd over de lijsten van voorlopig erkende en voorlopig betwiste schuldvorderingen. Heeft reeds publicatie van een lijst plaatsgevonden, dan kan de rechter-commissaris volstaan met verwijzing daarnaar. Ieder der op die lijsten voorkomende schuldeisers is bevoegd de curator omtrent elke vordering en haar plaatsing op een der lijsten inlichtingen te vragen, of wel haar juistheid, de beweerde voorrang of het beweerde retentierecht te betwisten, of te verklaren, dat hij zich bij de betwisting van de curator aansluit.

Dit artikelonderdeel legt uit dat gedurende de verificatievergadering, of een eventuele nadere verificatievergadering, de schuldeisers door de rechter-commissaris of namens de rechter-commissaris deugdelijk geïnformeerd worden over de lijsten van schuldvorderingen die voorlopig erkend zijn en schuldvorderingen die voorlopig betwist zijn. Als een lijst al gepubliceerd is, kan de rechter-commissaris volstaan met een verwijzing naar die publicatie. Elke schuldeiser die op deze lijsten staat, heeft de bevoegdheid om de curator inlichtingen te vragen over elke vordering en de plaatsing ervan op een van de lijsten. Ook mag een schuldeiser de juistheid van een vordering, de beweerde voorrang of het beweerde retentierecht betwisten, of verklaren dat hij zich aansluit bij de betwisting door de curator.

2. De curator is bevoegd op de door hem gedane voorlopige erkenning of betwisting terug te komen, of wel te vorderen, dat de schuldeiser de deugdelijkheid zijner noch door de curator, noch door een der schuldeisers betwiste schuldvordering onder ede bevestige; indien de oorspronkelijke schuldeiser overleden is, zullen de rechthebbenden onder ede moeten verklaren, dat zij te goeder trouw geloven dat de schuld bestaat en onvoldaan is.

Dit betekent dat de curator het recht heeft om zijn eerdere voorlopige erkenning of betwisting van een schuldvordering te herzien. De curator kan ook eisen dat een schuldeiser de geldigheid van zijn schuldvordering, die noch door de curator noch door een andere schuldeiser is betwist, onder ede bevestigt. Mocht de oorspronkelijke schuldeiser overleden zijn, dan moeten degenen die recht hebben op de vordering (de rechthebbenden) onder ede verklaren dat zij oprecht (te goeder trouw) menen dat de schuld bestaat en nog niet betaald (onvoldaan) is.

3. De rechter-commissaris kan bepalen dat er een nadere verificatievergadering wordt gehouden. De rechter-commissaris stelt dag, uur, plaats en wijze waarop wordt vergaderd vast. De curator stelt de bekende schuldeisers hiervan schriftelijk in kennis.

Dit lid stelt dat de rechter-commissaris kan besluiten tot het houden van een extra (nadere) verificatievergadering. De rechter-commissaris bepaalt de dag, het tijdstip, de locatie en de manier waarop deze vergadering zal plaatsvinden. Het is vervolgens de taak van de curator om de schuldeisers die bij hem bekend zijn, schriftelijk te informeren over deze nadere verificatievergadering.