Faillissementswet

De gefailleerde neemt op een door de rechter-commissaris te bepalen wijze aan de verificatievergadering deel, ten einde aldaar alle inlichtingen over de oorzaken van het faillissement en de staat van de boedel te geven, die hem door de rechter-commissaris gevraagd worden. De schuldeisers kunnen de rechter-commissaris verzoeken omtrent bepaalde door hen op te geven punten inlichtingen aan de gefailleerde te vragen. De vragen aan de gefailleerde gesteld en de door hem gegeven antwoorden worden in het proces-verbaal opgetekend.

Dit artikel bepaalt dat de persoon die failliet is verklaard (de gefailleerde) verplicht is om deel te nemen aan de verificatievergadering. De rechter-commissaris bepaalt de wijze waarop de gefailleerde deelneemt. Het doel (ten einde) van deze deelname is dat de gefailleerde tijdens de vergadering (aldaar) alle inlichtingen verstrekt over de oorzaken van het faillissement en de toestand (staat) van de boedel (de bezittingen en schulden), die hem door de rechter-commissaris worden gevraagd. Schuldeisers hebben de mogelijkheid de rechter-commissaris te verzoeken om over specifieke (bepaalde), door hen aan te geven (op te geven) punten, inlichtingen aan de gefailleerde te vragen. De vragen die aan de gefailleerde worden gesteld en de antwoorden die hij daarop geeft, worden vastgelegd (opgetekend) in het officiële verslag (proces-verbaal) van de vergadering.