Artikel 9 (Hoger beroep afwijzing vernietiging faillietverklaring)
1. Bij afwijzing van de aangifte of aanvraag tot faillietverklaring bestaat recht van hoger beroep, gedurende acht dagen na de dag der afwijzing.
2. Hetzelfde geldt bij vernietiging der faillietverklaring ten gevolge van verzet, in welk geval van het hoger beroep door de griffier van het gerechtshof, waarbij het is aangebracht, onverwijld wordt kennis gegeven aan de griffier van de rechtbank die de vernietiging heeft uitgesproken.
3. De instelling en behandeling van het hoger beroep geschiedt op de wijze in de artikelen 4 en 6 voorgeschreven.
Uitleg in duidelijke taal
1. Bij afwijzing van de aangifte of aanvraag tot faillietverklaring bestaat recht van hoger beroep, gedurende acht dagen na de dag der afwijzing.
Dit betekent dat indien een aangifte of aanvraag tot faillietverklaring wordt afgewezen, er een recht van hoger beroep bestaat. Dit hoger beroep moet worden ingesteld gedurende acht dagen na de dag der afwijzing.
2. Hetzelfde geldt bij vernietiging der faillietverklaring ten gevolge van verzet, in welk geval van het hoger beroep door de griffier van het gerechtshof, waarbij het is aangebracht, onverwijld wordt kennis gegeven aan de griffier van de rechtbank die de vernietiging heeft uitgesproken.
Dit lid stelt dat hetzelfde recht van hoger beroep ook van toepassing is in het geval van vernietiging der faillietverklaring die plaatsvindt ten gevolge van verzet. Wanneer hoger beroep wordt ingesteld, moet de griffier van het gerechtshof waar het beroep is ingediend, onverwijld wordt kennis gegeven hiervan aan de griffier van de rechtbank die de vernietiging heeft uitgesproken.
3. De instelling en behandeling van het hoger beroep geschiedt op de wijze in de artikelen 4 en 6 voorgeschreven.
Dit betekent dat de procedure voor de instelling en behandeling van het hoger beroep moet verlopen volgens de manier die is voorgeschreven in de artikelen 4 en 6 van deze wet.