Artikel 919 (Bijstand en ondersteuning door franchisegever)
1. De franchisegever verleent de franchisenemer de bijstand alsmede de commerciële en technische ondersteuning die redelijkerwijs en in relatie tot de aard en de strekking van de franchiseformule verwacht mag worden met het oog op de exploitatie van de franchiseformule door de franchisenemer.
2. Indien de franchisenemer een bepaalde vorm van bijstand of ondersteuning als bedoeld in het eerste lid nodig acht, maakt hij dit kenbaar aan de franchisegever en treden de franchisegever en de franchisenemer hierover met elkaar in overleg.
Uitleg in duidelijke taal
1. De franchisegever verleent de franchisenemer de bijstand alsmede de commerciële en technische ondersteuning die redelijkerwijs en in relatie tot de aard en de strekking van de franchiseformule verwacht mag worden met het oog op de exploitatie van de franchiseformule door de franchisenemer.
Dit lid bepaalt dat de franchisegever
de franchisenemer
de bijstand
moet verlenen, als ook de commerciële en technische ondersteuning
. Deze bijstand
en ondersteuning
moeten zijn wat redelijkerwijs
verwacht mag worden, gelet op en in samenhang met de aard en de strekking van de franchiseformule
. Dit alles gebeurt met het doel de exploitatie van de franchiseformule
door de franchisenemer
mogelijk te maken.
2. Indien de franchisenemer een bepaalde vorm van bijstand of ondersteuning als bedoeld in het eerste lid nodig acht, maakt hij dit kenbaar aan de franchisegever en treden de franchisegever en de franchisenemer hierover met elkaar in overleg.
Dit lid stelt dat als de franchisenemer
van oordeel is (nodig acht
) dat hij een specifieke vorm van bijstand of ondersteuning
zoals beschreven in het eerste lid nodig heeft, hij dit aan de franchisegever
moet laten weten (kenbaar maakt
). Vervolgens zullen de franchisegever
en de franchisenemer
hierover met elkaar in overleg treden
.