Artikel 664 (Uitzonderingen overgang pensioenrechten onderneming)
1. Artikel 663, eerste volzin, is niet van toepassing op rechten en verplichtingen van de werkgever die voortvloeien uit een pensioenovereenkomst als bedoeld in artikel 1 van de Pensioenwet indien:
a. de verkrijger aan de werknemer, bedoeld in artikel 663, een zelfde aanbod doet tot het sluiten van een pensioenovereenkomst, als hij reeds voor het tijdstip van overgang heeft gedaan aan zijn werknemers; b. de verkrijger op grond van artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, verplicht is deel te nemen in een bedrijfstakpensioenfonds en de werknemer, bedoeld in artikel 663, gaat deelnemen in dat fonds; c. bij collectieve arbeidsovereenkomst of bij regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan is afgeweken van de pensioenovereenkomst, bedoeld in de aanhef.
2. Het eerste lid is niet van toepassing indien de werknemer, bedoeld in artikel 663, voor de overgang op grond van artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, verplicht is deel te nemen in een bedrijfstakpensioenfonds en deze zelfde verplichting blijft gelden na de overgang.
3. Artikel 663, eerste volzin, is niet van toepassing op rechten en verplichtingen van de werkgever die voortvloeien uit een spaarregeling als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet zoals de Pensioen- en spaarfondsenwet luidde op de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Pensioenwet indien de verkrijger de werknemer, bedoeld in artikel 663, opneemt in de spaarregeling die reeds voor het tijdstip van overgang gold voor zijn werknemers.
Uitleg in duidelijke taal
1. Artikel 663, eerste volzin, is niet van toepassing op rechten en verplichtingen van de werkgever die voortvloeien uit een pensioenovereenkomst als bedoeld in artikel 1 van de Pensioenwet indien:
Dit lid bepaalt dat de hoofdregel van artikel 663, eerste volzin (die stelt dat rechten en verplichtingen overgaan bij overgang van onderneming) niet van toepassing is op de rechten en verplichtingen van de werkgever die voortkomen uit een pensioenovereenkomst, zoals omschreven in artikel 1 van de Pensioenwet, indien aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:
a. de verkrijger aan de werknemer, bedoeld in artikel 663, een zelfde aanbod doet tot het sluiten van een pensioenovereenkomst, als hij reeds voor het tijdstip van overgang heeft gedaan aan zijn werknemers;
Dit betekent dat de uitzondering van toepassing is als de nieuwe werkgever (de verkrijger) aan de werknemer (zoals bedoeld in artikel 663) een aanbod doet voor een pensioenovereenkomst die gelijk is aan het aanbod dat hij al voor het tijdstip van de overgang van de onderneming aan zijn eigen werknemers heeft gedaan.
b. de verkrijger op grond van artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, verplicht is deel te nemen in een bedrijfstakpensioenfonds en de werknemer, bedoeld in artikel 663, gaat deelnemen in dat fonds;
Dit betekent dat de uitzondering van toepassing is als de nieuwe werkgever (de verkrijger) op basis van artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 verplicht is om deel te nemen in een bedrijfstakpensioenfonds, en de werknemer (zoals bedoeld in artikel 663) ook daadwerkelijk gaat deelnemen in dat betreffende fonds.
c. bij collectieve arbeidsovereenkomst of bij regeling door of namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan is afgeweken van de pensioenovereenkomst, bedoeld in de aanhef.
Dit betekent dat de uitzondering van toepassing is als er in een collectieve arbeidsovereenkomst, of in een regeling die is vastgesteld door of namens een bestuursorgaan dat daartoe bevoegd is, is afgeweken van de pensioenovereenkomst zoals genoemd aan het begin van dit lid (de aanhef).
2. Het eerste lid is niet van toepassing indien de werknemer, bedoeld in artikel 663, voor de overgang op grond van artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, verplicht is deel te nemen in een bedrijfstakpensioenfonds en deze zelfde verplichting blijft gelden na de overgang.
Dit lid stelt dat de uitzonderingen genoemd in het eerste lid niet gelden (en artikel 663, eerste volzin, dus wel van toepassing is op de pensioenrechten en -verplichtingen) in de situatie dat de werknemer (zoals bedoeld in artikel 663) al vóór de overgang van de onderneming verplicht was om deel te nemen aan een bedrijfstakpensioenfonds op grond van artikel 2 van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, en deze verplichting tot deelname ook na de overgang van de onderneming blijft bestaan.
3. Artikel 663, eerste volzin, is niet van toepassing op rechten en verplichtingen van de werkgever die voortvloeien uit een spaarregeling als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet zoals de Pensioen- en spaarfondsenwet luidde op de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van de Pensioenwet indien de verkrijger de werknemer, bedoeld in artikel 663, opneemt in de spaarregeling die reeds voor het tijdstip van overgang gold voor zijn werknemers.
Dit lid bepaalt dat artikel 663, eerste volzin, ook niet van toepassing is op de rechten en verplichtingen van de werkgever die voortkomen uit een spaarregeling, zoals gedefinieerd in artikel 3, eerste lid, van de Pensioen- en spaarfondsenwet (in de versie zoals die wet gold op de dag voordat de huidige Pensioenwet van kracht werd). Deze uitzondering is van toepassing indien de nieuwe werkgever (de verkrijger) de werknemer (zoals bedoeld in artikel 663) opneemt in de spaarregeling die al voor zijn eigen werknemers van kracht was vóór het tijdstip van de overgang van de onderneming.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2016:2375 - Overgang onderneming: verkrijger is aansprakelijk voor onbetaalde pensioenpremies vervreemder
Bij overgang van onderneming gaan ook vóór de overgang onbetaald gebleven pensioenpremies over op de verkrijger. Het bedrijfstakpensioenfonds heeft een eigen vorderingsrecht op de verkrijger voor deze achterstallige premies, gebaseerd op een redelijke en op effectieve rechtsbescherming gerichte uitleg van de wet.