Terug naar bibliotheek
Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Titel 10. Arbeidsovereenkomst
Afdeling 3. Vakantie en verlof
Artikel 635

Artikel 635 (Uitzonderingen vakantieopbouw bij geen loon)

Laatste versie

1. In afwijking van artikel 634 verwerft de werknemer aanspraak op vakantie over het tijdvak, gedurende hetwelk hij geen recht heeft op in geld vastgesteld loon, omdat:

a. hij, anders dan voor oefening en opleiding, als dienstplichtige is opgeroepen ter vervulling van zijn militaire dienst of vervangende dienst; b. hij vakantie als bedoeld in artikel 641 lid 3 geniet; c. hij, met toestemming van de werkgever, deelneemt aan een bijeenkomst die wordt georganiseerd door een vakvereniging waarvan hij lid is; d. hij, anders dan ten gevolge van de omstandigheden, bedoeld in de leden 2 en 3, tegen zijn wil niet in staat is om de overeengekomen arbeid te verrichten; e. hij verlof als bedoeld in artikel 643 geniet; f. hij verlof als bedoeld in hoofdstuk 5, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg geniet; g. hij een uitkering op grond van de artikelen 4:2b of 6:3 van de Wet arbeid en zorg geniet.

2. In afwijking van artikel 634 verwerft de vrouwelijke werknemer die wegens zwangerschap of bevalling niet gedurende een geheel jaar aanspraak op loon verwerft, over de volledige overeengekomen arbeidsduur aanspraak op vakantie over het tijdvak dat zij recht heeft op een uitkering als bedoeld in hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg.

3. In afwijking van artikel 634 verwerft de werknemer die wegens adoptieverlof of verlof voor het opnemen van een pleegkind niet gedurende een geheel jaar aanspraak op loon verwerft, over de volledige overeengekomen arbeidsduur aanspraak op vakantie over het tijdvak dat hij recht heeft op een uitkering als bedoeld in hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg.

4. De jeugdige werknemer verwerft aanspraak op vakantie over de tijd die hij besteedt aan het volgen van het onderricht waartoe hij krachtens de wet door de werkgever in de gelegenheid moet worden gesteld.

5. Indien een aanspraak op vakantie is verworven die het in artikel 634 bedoelde minimum te boven gaat, kan voorzover die aanspraak dat minimum te boven gaat, bij schriftelijke overeenkomst van de leden 1 tot en met 4 worden afgeweken ten nadele van de werknemer.

Uitleg in duidelijke taal

1. In afwijking van artikel 634 verwerft de werknemer aanspraak op vakantie over het tijdvak, gedurende hetwelk hij geen recht heeft op in geld vastgesteld loon, omdat:

Dit lid bepaalt dat, als uitzondering op de regel in artikel 634, de werknemer recht opbouwt op vakantie (aanspraak verwerft) voor de periode (het tijdvak) waarin hij geen recht heeft op loon dat in geld is vastgesteld, vanwege de hieronder gespecificeerde redenen:

a. hij, anders dan voor oefening en opleiding, als dienstplichtige is opgeroepen ter vervulling van zijn militaire dienst of vervangende dienst;

De werknemer verwerft aanspraak op vakantie als hij als dienstplichtige is opgeroepen om zijn militaire dienst of vervangende dienst te vervullen, met uitzondering van oproepingen voor oefening en opleiding.

b. hij vakantie als bedoeld in artikel 641 lid 3 geniet;

De werknemer verwerft aanspraak op vakantie als hij vakantie geniet zoals omschreven in artikel 641 lid 3 (dit betreft vaak onbetaalde vakantie die het wettelijk minimum te boven gaat).

c. hij, met toestemming van de werkgever, deelneemt aan een bijeenkomst die wordt georganiseerd door een vakvereniging waarvan hij lid is;

De werknemer verwerft aanspraak op vakantie als hij met toestemming van zijn werkgever deelneemt aan een bijeenkomst die is georganiseerd door een vakvereniging waar hij lid van is.

d. hij, anders dan ten gevolge van de omstandigheden, bedoeld in de leden 2 en 3, tegen zijn wil niet in staat is om de overeengekomen arbeid te verrichten;

De werknemer verwerft aanspraak op vakantie als hij buiten zijn wil (tegen zijn wil) niet in staat is de afgesproken arbeid te verrichten, behalve als dit komt door de omstandigheden genoemd in lid 2 en 3 van dit artikel (zwangerschap/bevalling en adoptie/pleegzorgverlof, waarvoor aparte regels gelden).

e. hij verlof als bedoeld in artikel 643 geniet;

De werknemer verwerft aanspraak op vakantie als hij verlof geniet zoals omschreven in artikel 643 (dit betreft kort- en langdurend zorgverlof).

f. hij verlof als bedoeld in hoofdstuk 5, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg geniet;

De werknemer verwerft aanspraak op vakantie als hij verlof geniet zoals omschreven in hoofdstuk 5, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg (dit betreft ouderschapsverlof).

g. hij een uitkering op grond van de artikelen 4:2b of 6:3 van de Wet arbeid en zorg geniet.

De werknemer verwerft aanspraak op vakantie als hij een uitkering ontvangt op basis van artikel 4:2b (aanvullend geboorteverlof) of artikel 6:3 (betaald ouderschapsverlof) van de Wet arbeid en zorg.

2. In afwijking van artikel 634 verwerft de vrouwelijke werknemer die wegens zwangerschap of bevalling niet gedurende een geheel jaar aanspraak op loon verwerft, over de volledige overeengekomen arbeidsduur aanspraak op vakantie over het tijdvak dat zij recht heeft op een uitkering als bedoeld in hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg.

Dit lid bepaalt dat, als uitzondering op artikel 634, een vrouwelijke werknemer die vanwege zwangerschap of bevalling niet een heel jaar lang aanspraak op loon verwerft, toch aanspraak op vakantie opbouwt. Deze opbouw gebeurt over haar volledige overeengekomen arbeidsduur en geldt voor de periode dat zij recht heeft op een uitkering zoals bedoeld in hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg (zwangerschaps- en bevallingsuitkering).

3. In afwijking van artikel 634 verwerft de werknemer die wegens adoptieverlof of verlof voor het opnemen van een pleegkind niet gedurende een geheel jaar aanspraak op loon verwerft, over de volledige overeengekomen arbeidsduur aanspraak op vakantie over het tijdvak dat hij recht heeft op een uitkering als bedoeld in hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg.

Dit lid bepaalt dat, als uitzondering op artikel 634, een werknemer die vanwege adoptieverlof of verlof voor het opnemen van een pleegkind niet een heel jaar lang aanspraak op loon verwerft, toch aanspraak op vakantie opbouwt. Deze opbouw gebeurt over de volledige overeengekomen arbeidsduur en geldt voor de periode dat de werknemer recht heeft op een uitkering zoals bedoeld in hoofdstuk 3, afdeling 2, van de Wet arbeid en zorg (adoptie- en pleegzorguitkering).

4. De jeugdige werknemer verwerft aanspraak op vakantie over de tijd die hij besteedt aan het volgen van het onderricht waartoe hij krachtens de wet door de werkgever in de gelegenheid moet worden gesteld.

Dit lid stelt dat een jeugdige werknemer aanspraak op vakantie verwerft voor de tijd die hij besteedt aan het volgen van onderwijs. Dit geldt voor onderricht waarvoor de werkgever hem volgens de wet de gelegenheid moet bieden dit te volgen.

5. Indien een aanspraak op vakantie is verworven die het in artikel 634 bedoelde minimum te boven gaat, kan voorzover die aanspraak dat minimum te boven gaat, bij schriftelijke overeenkomst van de leden 1 tot en met 4 worden afgeweken ten nadele van de werknemer.

Dit lid bepaalt dat als een werknemer een aanspraak op vakantie heeft opgebouwd die hoger is dan het wettelijke minimum zoals bedoeld in artikel 634, er een mogelijkheid is om af te wijken van de bepalingen in de leden 1 tot en met 4 van dit artikel. Dit kan alleen via een schriftelijke overeenkomst, mag enkel betrekking hebben op het deel van de vakantieaanspraak dat boven het minimum uitstijgt, en deze afwijking mag ten nadele van de werknemer zijn.