Artikel 291 (Afwijken bepalingen huur bedrijfsruimte nadeel huurder)
1. Van de bepalingen van deze afdeling kan niet ten nadele van de huurder worden afgeweken.
2. Bedingen die ten nadele van de huurder afwijken van de bepalingen van deze afdeling, kunnen evenwel, behoudens wanneer het betreft een afwijking van artikel 307, niet op die grond worden vernietigd, indien zij zijn goedgekeurd door de rechter.
3. Ieder van de partijen kan een zodanige goedkeuring verzoeken. De goedkeuring wordt alleen gegeven indien het beding de rechten die de huurder aan deze afdeling ontleent, niet wezenlijk aantast of diens maatschappelijke positie in vergelijking met die van de verhuurder zodanig is dat hij de bescherming van de onderhavige afdeling in redelijkheid niet behoeft.
4. Het verzoek bevat, behalve de gronden waarop het berust, de tekst van de goed te keuren bedingen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Van de bepalingen van deze afdeling kan niet ten nadele van de huurder worden afgeweken.
Dit betekent dat het niet is toegestaan om van de regels in deze specifieke afdeling (Afdeling 6. Huur van bedrijfsruimte) af te wijken op een manier die ongunstig is voor de huurder.
2. Bedingen die ten nadele van de huurder afwijken van de bepalingen van deze afdeling, kunnen evenwel, behoudens wanneer het betreft een afwijking van artikel 307, niet op die grond worden vernietigd, indien zij zijn goedgekeurd door de rechter.
Dit lid preciseert dat afspraken (bedingen) die nadelig zijn voor de huurder en afwijken van de bepalingen in deze afdeling, toch niet op die grond vernietigd kunnen worden als de rechter ze heeft goedgekeurd. Een uitzondering hierop (behoudens) geldt wanneer het een afwijking van artikel 307 betreft; zulke afwijkingen kunnen wel op grond van het nadeel voor de huurder worden vernietigd, ook al zijn ze door de rechter goedgekeurd.
3. Ieder van de partijen kan een zodanige goedkeuring verzoeken. De goedkeuring wordt alleen gegeven indien het beding de rechten die de huurder aan deze afdeling ontleent, niet wezenlijk aantast of diens maatschappelijke positie in vergelijking met die van de verhuurder zodanig is dat hij de bescherming van de onderhavige afdeling in redelijkheid niet behoeft.
Elke partij (zowel huurder als verhuurder) kan de rechter om een dergelijke goedkeuring vragen. De rechter verleent deze goedkeuring enkel als de afspraak (het beding) de rechten die de huurder aan deze afdeling ontleent, niet wezenlijk aantast. Een alternatieve grond voor goedkeuring is als de maatschappelijke positie van de huurder, vergeleken met die van de verhuurder, zodanig is dat de huurder de bescherming van de betreffende afdeling (de onderhavige afdeling) redelijkerwijs niet nodig heeft.
4. Het verzoek bevat, behalve de gronden waarop het berust, de tekst van de goed te keuren bedingen.
Het verzoek aan de rechter om goedkeuring moet, naast de argumenten (gronden) waarop het gebaseerd is, ook de letterlijke tekst van de afspraken (bedingen) bevatten waarvoor goedkeuring wordt gevraagd.