Terug naar bibliotheek
Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Titel 4. Huur
Afdeling 5. Huur van woonruimte
Onderafdeling 2. Huurprijzen en andere vergoedingen
Paragraaf 2. Andere vergoedingen
Artikel 261

Artikel 261 (Aanpassing voorschotbedrag nutsvoorzieningen)

Laatste versie

1. Het voorschotbedrag dat de huurder krachtens overeenkomst of rechterlijke uitspraak ter zake van de kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter verschuldigd is, mag, tenzij na het ingaan van de huur anders is overeengekomen, slechts worden verhoogd:

a. met ingang van de dag, volgend op het einde van de betalings-termijn waarin de overeengekomen uitbreiding van de levering van zaken of diensten heeft plaatsgevonden dan wel met ingang van de betalingstermijn met ingang waarvan die uitbreiding heeft plaats gevonden; b. met ingang van de dag, volgende op de betalingstermijn, waarin het laatste overzicht, bedoeld in artikel 259, aan de huurder is verstrekt met dien verstande dat elk overzicht slechts eenmaal tot een verhoging mag leiden.

2. De huurder is gebonden aan een wijziging van de levering van zaken of diensten en het daarbij behorende gewijzigde voorschotbedrag, indien die wijziging betrekking heeft op zaken of diensten die slechts aan een aantal huurders gezamenlijk geleverd kunnen worden, en tenminste 70% van die huurders daarmee heeft ingestemd. Een huurder die niet met de wijziging heeft ingestemd, kan binnen acht weken na de schriftelijke kennisgeving van de verhuurder dat overeenstemming is bereikt met tenminste 70% van de huurders, een beslissing van de rechter vorderen omtrent de redelijkheid van het voorstel.

3. Indien het door de huurder verschuldigde voorschotbedrag aanzienlijk hoger is dan de te verwachten kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter, kan de huurcommissie op verzoek van de huurder het voorschotbedrag verlagen tot een bedrag dat in redelijke verhouding staat tot die kosten.

Details

[Wijziging(en) zonder datum inwerkingtreding aanwezig. Zie het wijzigingenoverzicht]

Uitleg in duidelijke taal

1. Het voorschotbedrag dat de huurder krachtens overeenkomst of rechterlijke uitspraak ter zake van de kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter verschuldigd is, mag, tenzij na het ingaan van de huur anders is overeengekomen, slechts worden verhoogd:

Dit lid bepaalt dat het voorschotbedrag dat de huurder krachtens overeenkomst of rechterlijke uitspraak verschuldigd is ter zake van de kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter, slechts worden verhoogd onder de hierna volgende voorwaarden. Een uitzondering geldt indien na het ingaan van de huur anders is overeengekomen.

a. met ingang van de dag, volgend op het einde van de betalings-termijn waarin de overeengekomen uitbreiding van de levering van zaken of diensten heeft plaatsgevonden dan wel met ingang van de betalingstermijn met ingang waarvan die uitbreiding heeft plaats gevonden;

Deze bepaling specificeert dat een verhoging van het voorschotbedrag mag ingaan:

  • ofwel op de dag die volgt op het einde van de betalingstermijn waarin de overeengekomen uitbreiding van de levering van zaken of diensten heeft plaatsgevonden,
  • ofwel met ingang van de betalingstermijn met ingang waarvan die uitbreiding heeft plaatsgevonden (wat betekent: vanaf het begin van de betalingstermijn waarin de uitbreiding is gestart).

b. met ingang van de dag, volgende op de betalingstermijn, waarin het laatste overzicht, bedoeld in artikel 259, aan de huurder is verstrekt met dien verstande dat elk overzicht slechts eenmaal tot een verhoging mag leiden.

Deze bepaling stelt dat het voorschotbedrag mag worden verhoogd met ingang van de dag, volgende op de betalingstermijn, waarin het laatste overzicht, bedoeld in artikel 259, aan de huurder is verstrekt. Hierbij geldt de voorwaarde (met dien verstande) dat elk overzicht slechts eenmaal tot een verhoging mag leiden.

2. De huurder is gebonden aan een wijziging van de levering van zaken of diensten en het daarbij behorende gewijzigde voorschotbedrag, indien die wijziging betrekking heeft op zaken of diensten die slechts aan een aantal huurders gezamenlijk geleverd kunnen worden, en tenminste 70% van die huurders daarmee heeft ingestemd. Een huurder die niet met de wijziging heeft ingestemd, kan binnen acht weken na de schriftelijke kennisgeving van de verhuurder dat overeenstemming is bereikt met tenminste 70% van de huurders, een beslissing van de rechter vorderen omtrent de redelijkheid van het voorstel.

Dit lid geeft aan dat de huurder gebonden is aan een wijziging van de levering van zaken of diensten en het bijbehorende gewijzigde voorschotbedrag, indien aan twee voorwaarden is voldaan:

  1. De wijziging betreft zaken of diensten die slechts aan een aantal huurders gezamenlijk geleverd kunnen worden.
  2. Tenminste 70% van die huurders daarmee heeft ingestemd. Een huurder die niet met de wijziging heeft ingestemd, kan binnen acht weken na de schriftelijke kennisgeving van de verhuurder (waarin staat dat overeenstemming is bereikt met tenminste 70% van de huurders) een beslissing van de rechter vorderen omtrent de redelijkheid van het voorstel.

3. Indien het door de huurder verschuldigde voorschotbedrag aanzienlijk hoger is dan de te verwachten kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter, kan de huurcommissie op verzoek van de huurder het voorschotbedrag verlagen tot een bedrag dat in redelijke verhouding staat tot die kosten.

Dit lid stelt dat, indien het door de huurder verschuldigde voorschotbedrag aanzienlijk hoger is dan de te verwachten kosten voor nutsvoorzieningen met een individuele meter, de huurcommissie op verzoek van de huurder het voorschotbedrag kan verlagen. De verlaging is tot een bedrag dat in redelijke verhouding staat tot die kosten.