Artikel 187 (Gift, tegenprestatie, vernietiging, natuurlijke verbintenis)
1. Is de begiftigde in verband met de gift gehouden een tegenprestatie te verrichten, dan is artikel 186 lid 1, behoudens voor zover het artikel 182 betreft, van toepassing, en gelden voorts de volgende twee leden.
2. In het geval, bedoeld in artikel 177 lid 1, vervalt de gift niet, doch is zij vernietigbaar. De vernietiging werkt terug tot het overlijden van degene die de gift doet. De bevoegdheid tot vernietiging vervalt indien de begiftigde tijdig een aanvullende prestatie toezegt, die de handeling haar in artikel 186 lid 2 bedoelde strekking ontneemt. Bovendien kan de rechter op verlangen van een erfgenaam of van de begiftigde, in plaats van de vernietiging uit te spreken, te dien einde de gevolgen van de handeling wijzigen.
3. ls de gift vernietigbaar op grond van artikel 178, dan is artikel 54 van Boek 3 van overeenkomstige toepassing.
4. Op handelingen die ten dele als gift, ten dele als nakoming van een natuurlijke verbintenis zijn te beschouwen, zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing.
Uitleg in duidelijke taal
1. Is de begiftigde in verband met de gift gehouden een tegenprestatie te verrichten, dan is artikel 186 lid 1, behoudens voor zover het artikel 182 betreft, van toepassing, en gelden voorts de volgende twee leden.
Dit betekent letterlijk: Wanneer de persoon die de gift ontvangt (de begiftigde) in verband met de gift verplicht is (gehouden is) een tegenprestatie te leveren (verrichten), dan is artikel 186, eerste lid, van toepassing. Dit geldt echter met uitzondering van (behoudens voor zover het betreft) de bepalingen in artikel 182. Bovendien (en voorts) zijn ook de volgende twee leden van dit artikel geldig (gelden).
2. In het geval, bedoeld in artikel 177 lid 1, vervalt de gift niet, doch is zij vernietigbaar. De vernietiging werkt terug tot het overlijden van degene die de gift doet. De bevoegdheid tot vernietiging vervalt indien de begiftigde tijdig een aanvullende prestatie toezegt, die de handeling haar in artikel 186 lid 2 bedoelde strekking ontneemt. Bovendien kan de rechter op verlangen van een erfgenaam of van de begiftigde, in plaats van de vernietiging uit te spreken, te dien einde de gevolgen van de handeling wijzigen.
Dit betekent letterlijk: In de situatie (het geval) waarnaar verwezen wordt (bedoeld) in artikel 177, eerste lid, komt de gift niet te vervallen (vervalt niet), maar (doch) is zij vernietigbaar. De vernietiging heeft terugwerkende kracht (werkt terug) tot het moment van overlijden van de persoon die de gift doet. De bevoegdheid om de gift te vernietigen komt te vervallen (vervalt) als de begiftigde op tijd (tijdig) een aanvullende prestatie belooft (toezegt). Deze aanvullende prestatie moet zodanig zijn dat zij aan de handeling de eigenschap (strekking) ontneemt die in artikel 186, tweede lid, wordt bedoeld. Daarenboven (bovendien) kan de rechter, op verzoek (op verlangen) van een erfgenaam of van de begiftigde, ervoor kiezen om, in plaats van de vernietiging uit te spreken, met dat doel (te dien einde) de gevolgen van de handeling aan te passen (wijzigen).
3. ls de gift vernietigbaar op grond van artikel 178, dan is artikel 54 van Boek 3 van overeenkomstige toepassing.
Dit betekent letterlijk: Indien (aangenomen dat 'ls' een verschrijving is voor 'Als' of 'Indien') de gift vernietigbaar is op basis van (op grond van) artikel 178, dan is artikel 54 van Boek 3 op een gelijksoortige manier (van overeenkomstige toepassing) geldig.
4. Op handelingen die ten dele als gift, ten dele als nakoming van een natuurlijke verbintenis zijn te beschouwen, zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing.
Dit betekent letterlijk: Op handelingen die gedeeltelijk (ten dele) als een gift en gedeeltelijk als de vervulling (nakoming) van een natuurlijke verbintenis kunnen worden gezien (zijn te beschouwen), zijn de eerdere (vorige) leden van dit artikel op een gelijksoortige manier (van overeenkomstige toepassing) geldig.