Terug naar bibliotheek
Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Titel 3. Schenking
Artikel 176

Artikel 176 (Schenking misbruik omstandigheden bewijslast)

Laatste versie

lndien de schenker feiten stelt waaruit volgt dat de schenking door misbruik van omstandigheden is tot stand gekomen, rust bij een beroep op vernietigbaarheid de bewijslast van het tegendeel op de begiftigde, tenzij van de schenking een notariële akte is opgemaakt of deze verdeling van de bewijslast in de gegeven omstandigheden in strijd met de eisen van redelijkheid en billijkheid zou zijn.

Uitleg in duidelijke taal

lndien de schenker feiten stelt waaruit volgt dat de schenking door misbruik van omstandigheden is tot stand gekomen, rust bij een beroep op vernietigbaarheid de bewijslast van het tegendeel op de begiftigde, tenzij van de schenking een notariële akte is opgemaakt of deze verdeling van de bewijslast in de gegeven omstandigheden in strijd met de eisen van redelijkheid en billijkheid zou zijn.

Dit artikel bepaalt dat wanneer de schenker feiten stelt waaruit blijkt dat de schenking door misbruik van omstandigheden is tot stand gekomen, de bewijslast van het tegendeel bij een beroep op vernietigbaarheid op de begiftigde rust. Concreet betekent dit dat de begiftigde moet aantonen dat er geen misbruik van omstandigheden heeft plaatsgevonden. Deze regel kent twee uitzonderingen: de bewijslast verschuift niet naar de begiftigde indien er een notariële akte van de schenking is opgemaakt, of indien een dergelijke verdeling van de bewijslast onder de gegeven omstandigheden in strijd zou zijn met de eisen van redelijkheid en billijkheid.