Terug naar bibliotheek
Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Titel 1. Koop en ruil
Afdeling 2. Verplichtingen van de verkoper
Artikel 17

Artikel 17 (Conformiteit afgeleverde zaak bij koop)

Laatste versie

1. De afgeleverde zaak moet aan de overeenkomst beantwoorden.

2. Een zaak beantwoordt niet aan de overeenkomst indien zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen, alsmede de eigenschappen die nodig zijn voor een bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien.

3. Een andere zaak dan is overeengekomen, of een zaak van een andere soort, beantwoordt evenmin aan de overeenkomst. Hetzelfde geldt indien het afgeleverde in getal, maat of gewicht van het overeengekomene afwijkt.

4. Is aan de koper een monster of model getoond of verstrekt, dan moet de zaak daarmede overeenstemmen, tenzij het slechts bij wijze van aanduiding werd verstrekt zonder dat de zaak daaraan behoefde te beantwoorden.

5. De koper kan zich er niet op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt wanneer hem dit ten tijde van het sluiten van de overeenkomst bekend was of redelijkerwijs bekend kon zijn. Ook kan de koper zich er niet op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt wanneer dit te wijten is aan gebreken of ongeschiktheid van grondstoffen afkomstig van de koper, tenzij de verkoper hem voor deze gebreken of ongeschiktheid had moeten waarschuwen.

6. Bij koop van een onroerende zaak wordt vermelding van de oppervlakte vermoed slechts als aanduiding bedoeld te zijn, zonder dat de zaak daaraan behoeft te beantwoorden.

Uitleg in duidelijke taal

1. De afgeleverde zaak moet aan de overeenkomst beantwoorden.

Dit betekent dat de zaak die geleverd is, moet overeenstemmen met wat in de koopovereenkomst is afgesproken.

2. Een zaak beantwoordt niet aan de overeenkomst indien zij, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. De koper mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen, alsmede de eigenschappen die nodig zijn voor een bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien.

Dit lid stelt dat een zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt als deze, mede rekening houdend met de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper over de zaak heeft gedaan, niet de eigenschappen heeft die de koper op basis van de overeenkomst redelijkerwijs mocht verwachten. De koper mag ervan uitgaan dat de zaak de eigenschappen bezit die nodig zijn voor een normaal gebruik en waarvan hij niet hoefde te twijfelen dat deze aanwezig zijn. Dit geldt ook voor eigenschappen die noodzakelijk zijn voor een bijzonder gebruik, mits dat bijzondere gebruik in de overeenkomst is afgesproken.

3. Een andere zaak dan is overeengekomen, of een zaak van een andere soort, beantwoordt evenmin aan de overeenkomst. Hetzelfde geldt indien het afgeleverde in getal, maat of gewicht van het overeengekomene afwijkt.

Dit lid verduidelijkt dat een zaak ook niet aan de overeenkomst beantwoordt als er een andere zaak wordt geleverd dan afgesproken, of een zaak van een andere soort. Dit is eveneens het geval als het geleverde qua aantal, maat of gewicht afwijkt van wat is overeengekomen.

4. Is aan de koper een monster of model getoond of verstrekt, dan moet de zaak daarmede overeenstemmen, tenzij het slechts bij wijze van aanduiding werd verstrekt zonder dat de zaak daaraan behoefde te beantwoorden.

Dit lid bepaalt dat als aan de koper een monster of model is getoond of gegeven, de geleverde zaak daarmee moet overeenkomen. Een uitzondering hierop is als het monster of model slechts als indicatie werd verstrekt, zonder de verplichting dat de zaak er exact aan zou moeten voldoen.

5. De koper kan zich er niet op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt wanneer hem dit ten tijde van het sluiten van de overeenkomst bekend was of redelijkerwijs bekend kon zijn. Ook kan de koper zich er niet op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt wanneer dit te wijten is aan gebreken of ongeschiktheid van grondstoffen afkomstig van de koper, tenzij de verkoper hem voor deze gebreken of ongeschiktheid had moeten waarschuwen.

Dit lid stelt dat de koper geen beroep kan doen op het feit dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt, als dit de koper bekend was of redelijkerwijs bekend had kunnen zijn op het moment dat de overeenkomst werd gesloten. Verder kan de koper zich hier ook niet op beroepen als de non-conformiteit veroorzaakt is door gebreken in of ongeschiktheid van grondstoffen die van de koper zelf afkomstig zijn, tenzij de verkoper de koper had moeten waarschuwen voor deze gebreken of ongeschiktheid.

6. Bij koop van een onroerende zaak wordt vermelding van de oppervlakte vermoed slechts als aanduiding bedoeld te zijn, zonder dat de zaak daaraan behoeft te beantwoorden.

Dit lid specificeert dat bij de koop van een onroerende zaak, een vermelding van de oppervlakte wordt verondersteld (vermoed) slechts een indicatie (aanduiding) te zijn. Dit betekent dat de onroerende zaak niet exact aan de vermelde oppervlakte hoeft te voldoen (beantwoorden).

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad119x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:1176 - NVM-makelaar aansprakelijk voor onjuiste woonoppervlakte ondanks exoneratie

ECLI:NL:HR:2018:117613 juli 2018Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak

Een NVM-makelaar handelt onrechtmatig jegens een koper door een onjuiste woonoppervlakte te vermelden. Kopers mogen vertrouwen op de NVM-Meetinstructie, die bescherming beoogt te bieden. Een algemene exoneratieclausule in een verkoopbrochure is onvoldoende om dit gerechtvaardigd vertrouwen te doorbreken.

Civiel RechtVastgoedrecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad118x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AU2414

ECLI:NL:HR:2005:AU241423 december 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Vastgoedrecht
Hoge Raad71x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:BB3733

ECLI:NL:HR:2007:BB373323 november 2007Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Vastgoedrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad65x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BP8991

ECLI:NL:HR:2011:BP899125 maart 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Vastgoedrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad33x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:2885

ECLI:NL:HR:2016:288516 december 2016Dit wetsartikel wordt 7 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad33x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AR5383

ECLI:NL:HR:2005:AR538325 februari 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVastgoedrecht, Verbintenissenrecht, Bouwrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad32x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:159

ECLI:NL:HR:2015:15930 januari 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVastgoedrecht, Verbintenissenrecht
BestuursrechtOmgevingsrecht
Hoge Raad28x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:1435 - Schadensbegroting en klachtplicht bij bedrijfsovername: grenzen van artikel 7:23 BW

ECLI:NL:HR:2018:14357 september 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een rechter moet schade schatten (art. 6:97 BW) als deze aannemelijk is maar de omvang onduidelijk is. De klachtplicht (art. 7:23 BW) geldt niet voor een geschil over de berekening van de overnamesom die afhangt van handelingen na de overdracht.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad23x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BQ5068

ECLI:NL:HR:2011:BQ50688 juli 2011Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Ondernemingsrecht
Hoge Raad22x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BL8295

ECLI:NL:HR:2010:BL829521 mei 2010Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht