Terug naar bibliotheek
Boek 6. Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht
Titel 5. Overeenkomsten in het algemeen
Afdeling 4. Rechtsgevolgen van overeenkomsten
Artikel 258

Artikel 258 (Wijziging of ontbinding overeenkomst onvoorziene omstandigheden)

Laatste versie

1. De rechter kan op vordering van een der partijen de gevolgen van een overeenkomst wijzigen of deze geheel of gedeeltelijk ontbinden op grond van onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. Aan de wijziging of ontbinding kan terugwerkende kracht worden verleend.

2. Een wijziging of ontbinding wordt niet uitgesproken, voor zover de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept.

3. Voor de toepassing van dit artikel staat degene op wie een recht of een verplichting uit een overeenkomst is overgegaan, met een partij bij die overeenkomst gelijk.

Uitleg in duidelijke taal

1. De rechter kan op vordering van een der partijen de gevolgen van een overeenkomst wijzigen of deze geheel of gedeeltelijk ontbinden op grond van onvoorziene omstandigheden welke van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. Aan de wijziging of ontbinding kan terugwerkende kracht worden verleend.

Dit lid bepaalt dat de rechter de gevolgen van een overeenkomst kan wijzigen of de overeenkomst geheel of gedeeltelijk kan ontbinden. Dit kan de rechter doen op vordering van een der partijen en op grond van onvoorziene omstandigheden. Deze onvoorziene omstandigheden moeten van dien aard zijn dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid een ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst niet mag verwachten. De wijziging of ontbinding kan ook terugwerkende kracht worden verleend.

2. Een wijziging of ontbinding wordt niet uitgesproken, voor zover de omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening komen van degene die zich erop beroept.

Dit lid stelt dat een wijziging of ontbinding niet wordt uitgesproken als de omstandigheden voor rekening komen van degene die zich erop beroept. Dit is het geval voor zover deze omstandigheden krachtens de aard van de overeenkomst of krachtens de in het verkeer geldende opvattingen tot het risico van die partij behoren.

3. Voor de toepassing van dit artikel staat degene op wie een recht of een verplichting uit een overeenkomst is overgegaan, met een partij bij die overeenkomst gelijk.

Dit lid verduidelijkt dat voor de toepassing van dit artikel, de persoon of entiteit op wie een recht of een verplichting uit een overeenkomst is overgegaan (bijvoorbeeld door erfopvolging of contractsovername), gelijk staat met een partij bij die overeenkomst.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad255x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2021:1974 - Huurprijscorrectie coronacrisis: onvoorziene omstandigheid, geen gebrek

ECLI:NL:HR:2021:197424 december 2021Dit wetsartikel wordt 13 keer genoemd in deze uitspraak

De gedwongen sluiting van 290-bedrijfsruimte door overheidsmaatregelen tijdens de coronapandemie is geen gebrek (art. 7:204 BW), maar een onvoorziene omstandigheid (art. 6:258 BW). Dit rechtvaardigt een huurprijsvermindering, waarbij het nadeel in beginsel gelijk wordt verdeeld tussen huurder en verhuurder.

Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad161x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:BA4909

ECLI:NL:HR:2007:BA490929 juni 2007Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtOndernemingsrecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad158x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:141 - Opzegging van duurovereenkomsten: contractuele afspraken en de grenzen van redelijkheid

ECLI:NL:HR:2018:1412 februari 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Dit arrest verduidelijkt de regels voor opzegging van duurovereenkomsten. Als partijen een opzeggingsregeling zijn overeengekomen, is een beroep daarop in beginsel geldig. Toetsing vindt dan plaats via de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid (art. 6:248 lid 2 BW), niet de aanvullende werking.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad118x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AU2414

ECLI:NL:HR:2005:AU241423 december 2005Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtVerbintenissenrecht, Vastgoedrecht
Hoge Raad84x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1830 - Eenzijdige rentewijziging: oneerlijkheidstoets vereist meewegen van alle bedingen

ECLI:NL:HR:2019:183022 november 2019Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak

Bij de beoordeling of een beding voor eenzijdige rentewijziging oneerlijk is, moeten alle omstandigheden worden meegewogen. Met name het recht van de consument om de lening kosteloos af te lossen of om te zetten, is een relevant beding dat in de cumulatieve beoordeling moet worden betrokken.

Civiel RechtFinancieel Recht, Verbintenissenrecht, Europees Civiel Recht
Hoge Raad80x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2000:AA4436

ECLI:NL:HR:2000:AA443621 januari 2000Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtArbeidsrecht, Burgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad80x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:1134 - Opzegging uitvoeringsovereenkomst pensioenfonds: Redelijkheid en billijkheid bepalen vergoedingsplicht werkgever

ECLI:NL:HR:2016:113410 juni 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Bij opzegging van een uitvoeringsovereenkomst voor pensioen kunnen de eisen van redelijkheid en billijkheid meebrengen dat de werkgever een schadevergoeding moet betalen, afhankelijk van de omstandigheden, zoals de belangen van de (gewezen) werknemers en de aard van de overeenkomst.

Civiel RechtArbeidsrecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad64x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:1523

ECLI:NL:HR:2014:152327 juni 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtProcesrecht Belastingen
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad53x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:660 - Opzeggen duurovereenkomst: Statuten en partijbedoeling kunnen onopzegbaarheid rechtvaardigen

ECLI:NL:HR:2016:66015 april 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een voor onbepaalde tijd gesloten duurovereenkomst kan naar de bedoeling van partijen niet-opzegbaar zijn. De nauwe samenhang met statuten, die uitgaan van een duurzame financiële bijdrage van specifieke partijen, kan wijzen op onopzegbaarheid. Er gelden geen verzwaarde eisen voor de bewijslast.

Civiel RechtVerbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Hoge Raad41x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1998:ZC2587

ECLI:NL:HR:1998:ZC258720 februari 1998Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak