Terug naar bibliotheek
Boek 6. Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht
Titel 5. Overeenkomsten in het algemeen
Afdeling 2b. Bepalingen voor overeenkomsten tussen handelaren en consumenten
Paragraaf 3. – Bepalingen voor overeenkomsten op afstand en overeenkomsten buiten de verkoopruimte
Artikel 230o

Artikel 230o (Herroepingsrecht consument koop op afstand/buiten verkoopruimte)

Laatste versie

1. De consument kan een overeenkomst op afstand of een overeenkomst buiten de verkoopruimte zonder opgave van redenen ontbinden tot een termijn van veertien dagen is verstreken, na:

a. bij een overeenkomst tot het verrichten van diensten: de dag waarop de overeenkomst wordt gesloten; b. bij een consumentenkoop:

1°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de zaak heeft ontvangen; 2°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de laatste zaak heeft ontvangen, indien de consument in eenzelfde bestelling meerdere zaken heeft besteld die afzonderlijk worden geleverd; 3°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de laatste zending of het laatste onderdeel heeft ontvangen indien de levering van een zaak bestaat uit verschillende zendingen of onderdelen; of 4°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de eerste zaak heeft ontvangen voor een overeenkomst die strekt tot de regelmatige levering van zaken gedurende een bepaalde periode;

c. bij een overeenkomst tot levering van water, gas of elektriciteit, die niet gereed voor verkoop zijn gemaakt in een beperkt volume of in een bepaalde hoeveelheid, van stadsverwarming of van digitale inhoud, anders dan op een materiële drager: de dag waarop de overeenkomst wordt gesloten.

2. Indien niet aan de in artikel 230m lid 1, onderdeel h, gestelde eisen is voldaan wordt de in het vorige lid bedoelde termijn verlengd met de tijd die is verstreken vanaf het tijdstip, bedoeld in het vorige lid, tot het moment waarop alle ontbrekende gegevens alsnog op de voorgeschreven wijze aan de consument zijn verstrekt, doch met ten hoogste twaalf maanden.

3. De consument oefent het in lid 1 bedoelde recht uit door binnen de in dat lid gestelde termijn het ingevulde modelformulier voor ontbinding, bedoeld in bijlage I deel B van de richtlijn, te zenden of een andere daartoe strekkende ondubbelzinnige verklaring te doen aan de handelaar.

4. Brengt de consument op elektronische wijze via de website van de handelaar een verklaring tot ontbinding uit, dan bevestigt de handelaar onverwijld op een duurzame gegevensdrager de ontvangst van deze verklaring.

5. Op de consument rust de bewijslast voor de juiste en tijdige uitoefening van het in lid 1 bedoelde recht.

Uitleg in duidelijke taal

1. De consument kan een overeenkomst op afstand of een overeenkomst buiten de verkoopruimte zonder opgave van redenen ontbinden tot een termijn van veertien dagen is verstreken, na:

Dit lid stelt dat de consument het recht heeft om een overeenkomst die op afstand is gesloten (bijvoorbeeld via internet of telefoon) of een overeenkomst die buiten de normale verkoopruimte van de handelaar is gesloten (bijvoorbeeld aan de deur of op straat), te beëindigen (ontbinden). Dit kan zonder dat de consument daarvoor een reden hoeft op te geven. De consument moet dit doen binnen een periode (termijn) van veertien dagen. Deze termijn van veertien dagen begint te lopen na de hieronder genoemde momenten:

a. bij een overeenkomst tot het verrichten van diensten: de dag waarop de overeenkomst wordt gesloten;

Dit onderdeel specificeert dat wanneer het gaat om een overeenkomst voor het leveren van diensten, de termijn van veertien dagen begint op de dag dat de overeenkomst wordt aangegaan (gesloten).

b. bij een consumentenkoop:

Dit onderdeel geeft aan dat de volgende regels gelden voor een consumentenkoop (een koopovereenkomst tussen een consument en een professionele verkoper):

1°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de zaak heeft ontvangen;

Dit subonderdeel bepaalt dat de termijn van veertien dagen begint op de dag dat de consument, of een andere persoon die door de consument is aangewezen (maar niet de transporteur/vervoerder is), het gekochte product (de zaak) fysiek heeft ontvangen.

2°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de laatste zaak heeft ontvangen, indien de consument in eenzelfde bestelling meerdere zaken heeft besteld die afzonderlijk worden geleverd;

Dit subonderdeel regelt dat als de consument in één bestelling meerdere producten (zaken) heeft gekocht die apart van elkaar worden geleverd, de termijn van veertien dagen pas begint op de dag dat de consument, of een door de consument aangewezen derde (die niet de vervoerder is), het laatste product van die bestelling heeft ontvangen.

3°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de laatste zending of het laatste onderdeel heeft ontvangen indien de levering van een zaak bestaat uit verschillende zendingen of onderdelen; of

Dit subonderdeel specificeert dat indien een product (een zaak) in meerdere aparte zendingen of onderdelen wordt geleverd, de termijn van veertien dagen begint op de dag dat de consument, of een door de consument aangewezen derde (die niet de vervoerder is), de laatste zending of het laatste onderdeel van dat product heeft ontvangen.

4°. de dag waarop de consument of een door de consument aangewezen derde, die niet de vervoerder is, de eerste zaak heeft ontvangen voor een overeenkomst die strekt tot de regelmatige levering van zaken gedurende een bepaalde periode;

Dit subonderdeel bepaalt dat voor overeenkomsten waarbij producten (zaken) gedurende een vastgestelde periode regelmatig worden geleverd (bijvoorbeeld een abonnement op een tijdschrift), de termijn van veertien dagen begint op de dag dat de consument, of een door de consument aangewezen derde (die niet de vervoerder is), het eerste product van die regelmatige levering heeft ontvangen.

c. bij een overeenkomst tot levering van water, gas of elektriciteit, die niet gereed voor verkoop zijn gemaakt in een beperkt volume of in een bepaalde hoeveelheid, van stadsverwarming of van digitale inhoud, anders dan op een materiële drager: de dag waarop de overeenkomst wordt gesloten.

Dit onderdeel geeft aan dat voor overeenkomsten betreffende de levering van water, gas of elektriciteit (als deze niet in een afgemeten hoeveelheid, zoals een gasfles, worden verkocht), stadsverwarming, of digitale inhoud die niet op een fysieke drager (zoals een DVD) wordt geleverd, de termijn van veertien dagen begint op de dag dat de overeenkomst wordt aangegaan (gesloten).

2. Indien niet aan de in artikel 230m lid 1, onderdeel h, gestelde eisen is voldaan wordt de in het vorige lid bedoelde termijn verlengd met de tijd die is verstreken vanaf het tijdstip, bedoeld in het vorige lid, tot het moment waarop alle ontbrekende gegevens alsnog op de voorgeschreven wijze aan de consument zijn verstrekt, doch met ten hoogste twaalf maanden.

Dit lid bepaalt dat als de handelaar de consument niet correct heeft geïnformeerd over het recht van ontbinding, zoals vereist in artikel 230m lid 1, onderdeel h, de termijn voor ontbinding (zoals genoemd in lid 1 van dit artikel) wordt verlengd. Deze verlenging duurt voort vanaf het oorspronkelijke startmoment van de termijn (zoals bepaald in lid 1) tot het moment dat de handelaar alle ontbrekende informatie alsnog op de juiste manier aan de consument heeft gegeven. Deze verlenging kan echter maximaal twaalf maanden zijn.

3. De consument oefent het in lid 1 bedoelde recht uit door binnen de in dat lid gestelde termijn het ingevulde modelformulier voor ontbinding, bedoeld in bijlage I deel B van de richtlijn, te zenden of een andere daartoe strekkende ondubbelzinnige verklaring te doen aan de handelaar.

Dit lid beschrijft hoe de consument zijn recht om de overeenkomst te ontbinden (zoals bedoeld in lid 1) moet uitoefenen. De consument moet dit doen binnen de termijn die in lid 1 is vastgesteld. Dit kan door het modelformulier voor ontbinding (dat te vinden is in bijlage I, deel B van de relevante Europese richtlijn) ingevuld naar de handelaar te sturen, of door op een andere, duidelijke en ondubbelzinnige manier aan de handelaar te verklaren dat hij de overeenkomst wil ontbinden.

4. Brengt de consument op elektronische wijze via de website van de handelaar een verklaring tot ontbinding uit, dan bevestigt de handelaar onverwijld op een duurzame gegevensdrager de ontvangst van deze verklaring.

Dit lid stelt dat als de consument via de website van de handelaar elektronisch verklaart de overeenkomst te willen ontbinden, de handelaar direct (onverwijld) een bevestiging van ontvangst van deze verklaring moet sturen. Deze bevestiging moet op een duurzame gegevensdrager (bijvoorbeeld per e-mail of als downloadbaar document) worden verstrekt.

5. Op de consument rust de bewijslast voor de juiste en tijdige uitoefening van het in lid 1 bedoelde recht.

Dit lid bepaalt dat de consument moet kunnen bewijzen dat hij het recht om de overeenkomst te ontbinden (zoals genoemd in lid 1) correct en binnen de gestelde termijn heeft uitgeoefend. De verantwoordelijkheid om dit aan te tonen (de bewijslast) ligt dus bij de consument.