Terug naar bibliotheek
Boek 6. Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht
Titel 1. Verbintenissen in het algemeen
Afdeling 12. Verrekening
Artikel 130

Artikel 130 (Verrekening bij overdracht vordering of bezwaring)

Laatste versie

1. Is een vordering onder bijzondere titel overgegaan, dan is de schuldenaar bevoegd ondanks de overgang ook een tegenvordering op de oorspronkelijke schuldeiser in verrekening te brengen, mits deze tegenvordering uit dezelfde rechtsverhouding als de overgegane vordering voortvloeit of reeds vóór de overgang aan hem is opgekomen en opeisbaar geworden.

2. Het vorige lid is van overeenkomstige toepassing, wanneer op een vordering beslag is gelegd of een beperkt recht is gevestigd waarvan mededeling aan de schuldenaar is gedaan.

3. De vorige leden zijn niet van toepassing, indien de overgang of de vestiging van het beperkte recht een vordering aan toonder of order betrof en is geschied overeenkomstig artikel 93 van Boek 3.

Uitleg in duidelijke taal

1. Is een vordering onder bijzondere titel overgegaan, dan is de schuldenaar bevoegd ondanks de overgang ook een tegenvordering op de oorspronkelijke schuldeiser in verrekening te brengen, mits deze tegenvordering uit dezelfde rechtsverhouding als de overgegane vordering voortvloeit of reeds vóór de overgang aan hem is opgekomen en opeisbaar geworden.

Dit lid stelt dat indien een vordering onder bijzondere titel is overgegaan, de schuldenaar de bevoegdheid heeft om, niettegenstaande de overgang, ook een tegenvordering op de oorspronkelijke schuldeiser in verrekening te brengen. Dit is toegestaan op voorwaarde dat deze tegenvordering voortvloeit uit dezelfde rechtsverhouding als de overgegane vordering, of reeds vóór de overgang aan de schuldenaar is opgekomen en opeisbaar geworden.

2. Het vorige lid is van overeenkomstige toepassing, wanneer op een vordering beslag is gelegd of een beperkt recht is gevestigd waarvan mededeling aan de schuldenaar is gedaan.

Dit lid bepaalt dat het vorige lid (lid 1) op een vergelijkbare wijze (van overeenkomstige toepassing is) geldt, indien op een vordering beslag is gelegd of een beperkt recht is gevestigd, en van dit beslag of beperkte recht mededeling aan de schuldenaar is gedaan.

3. De vorige leden zijn niet van toepassing, indien de overgang of de vestiging van het beperkte recht een vordering aan toonder of order betrof en is geschied overeenkomstig artikel 93 van Boek 3.

Dit lid geeft aan dat de vorige leden (lid 1 en lid 2) niet van toepassing zijn, als de overgang of de vestiging van het beperkte recht een vordering aan toonder of een vordering aan order betrof, en deze overgang of vestiging is gebeurd in overeenstemming met artikel 93 van Boek 3.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AS2688 - Hoge Raad - 21 april 2005

ECLI:NL:HR:2005:AS268821 april 2005Dit wetsartikel wordt 5 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BU3777 - Verrekening na cessie: de samenhang van vorderingen in een echtscheidingsconvenant - 26 januari 2012

ECLI:NL:HR:2012:BU377726 januari 2012Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt over verrekening na cessie (art. 6:130 lid 1 BW). Of een tegenvordering uit dezelfde rechtsverhouding voortvloeit als de gecedeerde vordering, hangt af van de vraag of er voldoende nauwe samenhang bestaat, beoordeeld naar alle omstandigheden van het geval.

Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:428 - Verkrijging vordering door advocaat: moment aanhangigheid en contractuele verrekening - 22 maart 2018

ECLI:NL:HR:2018:42822 maart 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een geding is voor art. 3:43 BW pas aanhangig vanaf de dagvaarding (art. 125 Rv). Het moment van mededeling van een stille cessie is niet relevant voor de verkrijging. De eis van wederkerig schuldenaarschap voor verrekening (art. 6:127 BW) is van regelend recht en kan contractueel worden uitgesloten.

Civiel RechtGoederenrecht, Burgerlijk Procesrecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad10x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2004:AP4504 - Hoge Raad - 28 oktober 2004

ECLI:NL:HR:2004:AP450428 oktober 2004Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtBurgerlijk Procesrecht, Financieel Recht, Goederenrecht, Verbintenissenrecht
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:BZ7391 - Verrekening door schuldenaar van verpande vordering bij faillissement pandgever - 12 september 2013

ECLI:NL:HR:2013:BZ739112 september 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De schuldenaar van een verpande vordering kan bij faillissement van de pandgever zijn tegenvordering verrekenen met overeenkomstige toepassing van art. 53 lid 3 Fw. De pandhouder (of diens lasthebber) kan zich daarbij niet beroepen op art. 6:136 BW om de verrekening te verhinderen.

Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2003:AK3700 - Hoge Raad - 13 november 2003

ECLI:NL:HR:2003:AK370013 november 2003Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2000:AA4438 - Hoge Raad - 20 januari 2000

ECLI:NL:HR:2000:AA443820 januari 2000Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtHuurrecht, Verbintenissenrecht, Insolventierecht
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AF7535 - Hoge Raad - 10 juli 2003

ECLI:NL:HR:2003:AF753510 juli 2003Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtInsolventierecht, Verbintenissenrecht, Burgerlijk Procesrecht
Rechtbank Oost-Brabant

ECLI:NL:RBOBR:2024:4696 - Rechtbank Oost-Brabant - 8 oktober 2024

ECLI:NL:RBOBR:2024:46968 oktober 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Limburg

ECLI:NL:RBLIM:2024:303 - Rechtbank Limburg - 16 januari 2024

ECLI:NL:RBLIM:2024:30316 januari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak