Terug naar bibliotheek
Boek 6. Algemeen gedeelte van het verbintenissenrecht
Titel 1. Verbintenissen in het algemeen
Afdeling 10. Wettelijke verplichtingen tot schadevergoeding
Artikel 107a

Artikel 107a (Schadevergoeding letsel, loondoorbetaling en regres)

Laatste versie

1. Indien iemand ten gevolge van een gebeurtenis waarvoor een ander aansprakelijk is, lichamelijk of geestelijk letsel oploopt, houdt de rechter bij de vaststelling van de schadevergoeding waarop de gekwetste aanspraak kan maken rekening met de aanspraak op loon die de gekwetste heeft krachtens artikel 629, lid 1, van Boek 7 of krachtens individuele of collectieve arbeidsovereenkomst.

2. Indien een werkgever krachtens artikel 629, lid 1, van Boek 7 of krachtens individuele of collectieve arbeidsovereenkomst verplicht is tijdens ziekte of arbeidsongeschiktheid van de gekwetste het loon door te betalen, heeft hij, indien de ongeschiktheid tot werken van de gekwetste het gevolg is van een gebeurtenis waarvoor een ander aansprakelijk is, jegens deze ander recht op schadevergoeding ten bedrage van de door hem betaalde loon, doch ten hoogste tot het bedrag, waarvoor de aansprakelijke persoon, bij het ontbreken van de loondoorbetalingsverplichting aansprakelijk zou zijn, verminderd met een bedrag, gelijk aan dat van de schadevergoeding tot betaling waarvan de aansprakelijke persoon jegens de gekwetste is gehouden.

3. De in lid 2 bedoelde aansprakelijke is eveneens verplicht tot vergoeding van de door de werkgever gemaakte redelijke kosten ter nakoming van zijn in artikel 658a van Boek 7 bedoelde verplichtingen. De aansprakelijke kan hetzelfde verweer voeren dat hem jegens de gekwetste ten dienste zou hebben gestaan.

4. Indien de aansprakelijke persoon een werknemer is, heeft de werkgever slechts recht op schadevergoeding indien de ongeschiktheid tot werken het gevolg is van diens opzet of bewuste roekeloosheid.

Uitleg in duidelijke taal

1. Indien iemand ten gevolge van een gebeurtenis waarvoor een ander aansprakelijk is, lichamelijk of geestelijk letsel oploopt, houdt de rechter bij de vaststelling van de schadevergoeding waarop de gekwetste aanspraak kan maken rekening met de aanspraak op loon die de gekwetste heeft krachtens artikel 629, lid 1, van Boek 7 of krachtens individuele of collectieve arbeidsovereenkomst.

Dit lid stelt dat als een persoon lichamelijk of geestelijk letsel ondervindt als gevolg van een gebeurtenis waarvoor een andere partij aansprakelijk is, de rechter bij het bepalen van de hoogte van de schadevergoeding waar de gekwetste persoon recht op heeft, rekening moet houden met het recht op loon dat de gekwetste heeft. Dit recht op loon kan gebaseerd zijn op artikel 629, lid 1, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek of op een individuele of collectieve arbeidsovereenkomst.

2. Indien een werkgever krachtens artikel 629, lid 1, van Boek 7 of krachtens individuele of collectieve arbeidsovereenkomst verplicht is tijdens ziekte of arbeidsongeschiktheid van de gekwetste het loon door te betalen, heeft hij, indien de ongeschiktheid tot werken van de gekwetste het gevolg is van een gebeurtenis waarvoor een ander aansprakelijk is, jegens deze ander recht op schadevergoeding ten bedrage van de door hem betaalde loon, doch ten hoogste tot het bedrag, waarvoor de aansprakelijke persoon, bij het ontbreken van de loondoorbetalingsverplichting aansprakelijk zou zijn, verminderd met een bedrag, gelijk aan dat van de schadevergoeding tot betaling waarvan de aansprakelijke persoon jegens de gekwetste is gehouden.

Dit lid bepaalt het volgende: Als een werkgever op grond van artikel 629, lid 1, van Boek 7 of op grond van een individuele of collectieve arbeidsovereenkomst verplicht is om het loon van de gekwetste werknemer door te betalen gedurende diens ziekte of arbeidsongeschiktheid, en deze arbeidsongeschiktheid is veroorzaakt door een gebeurtenis waarvoor een andere partij aansprakelijk is, dan heeft de werkgever recht op schadevergoeding van die aansprakelijke partij. De hoogte van deze schadevergoeding is gelijk aan het door de werkgever betaalde loon. Dit bedrag is echter gemaximeerd: het kan niet hoger zijn dan het bedrag waarvoor de aansprakelijke persoon aansprakelijk zou zijn geweest als de loondoorbetalingsverplichting niet had bestaan, verminderd met het bedrag aan schadevergoeding dat de aansprakelijke persoon al aan de gekwetste werknemer moet betalen.

3. De in lid 2 bedoelde aansprakelijke is eveneens verplicht tot vergoeding van de door de werkgever gemaakte redelijke kosten ter nakoming van zijn in artikel 658a van Boek 7 bedoelde verplichtingen. De aansprakelijke kan hetzelfde verweer voeren dat hem jegens de gekwetste ten dienste zou hebben gestaan.

Dit lid stelt dat de in lid 2 genoemde aansprakelijke persoon ook verplicht is om de redelijke kosten te vergoeden die de werkgever heeft gemaakt om te voldoen aan zijn verplichtingen zoals omschreven in artikel 658a van Boek 7 (dit betreft vaak re-integratieverplichtingen). De aansprakelijke persoon heeft het recht om dezelfde verweren (argumenten ter verdediging) te gebruiken tegen de werkgever als die hij zou kunnen gebruiken tegen de gekwetste persoon zelf.

4. Indien de aansprakelijke persoon een werknemer is, heeft de werkgever slechts recht op schadevergoeding indien de ongeschiktheid tot werken het gevolg is van diens opzet of bewuste roekeloosheid.

Dit lid preciseert dat als de aansprakelijke persoon zelf een werknemer is (bijvoorbeeld een collega van de gekwetste, of een werknemer van de werkgever die de schadevergoeding vordert), de werkgever alleen recht heeft op schadevergoeding van deze aansprakelijke werknemer als de arbeidsongeschiktheid is veroorzaakt door opzet of bewuste roekeloosheid van die werknemer.