Artikel 10 (Bijdrageplicht hoofdelijke schuldenaren)
1. Hoofdelijke schuldenaren zijn, ieder voor het gedeelte van de schuld dat hem in hun onderlinge verhouding aangaat, verplicht overeenkomstig de volgende leden in de schuld en in de kosten bij te dragen.
2. De verplichting tot bijdragen in de schuld die ten laste van een der hoofdelijke schuldenaren wordt gedelgd voor meer dan het gedeelte dat hem aangaat, komt op iedere medeschuldenaar te rusten voor het bedrag van dit meerdere, telkens tot ten hoogste het gedeelte van de schuld dat de medeschuldenaar aangaat.
3. In door een hoofdelijke schuldenaar in redelijkheid gemaakte kosten moet iedere medeschuldenaar bijdragen naar evenredigheid van het gedeelte van de schuld dat hem aangaat, tenzij de kosten slechts de schuldenaar persoonlijk betreffen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Hoofdelijke schuldenaren zijn, ieder voor het gedeelte van de schuld dat hem in hun onderlinge verhouding aangaat, verplicht overeenkomstig de volgende leden in de schuld en in de kosten bij te dragen.
Dit betekent dat hoofdelijke schuldenaren de verplichting hebben om bij te dragen in de schuld en in de gemaakte kosten. Deze bijdrageplicht geldt voor iedere schuldenaar, specifiek voor het deel van de schuld dat hem, volgens hun interne afspraken of verhouding, aangaat. De precieze invulling van deze bijdrageplicht wordt nader bepaald door de hiernavolgende leden van dit artikel.
2. De verplichting tot bijdragen in de schuld die ten laste van een der hoofdelijke schuldenaren wordt gedelgd voor meer dan het gedeelte dat hem aangaat, komt op iedere medeschuldenaar te rusten voor het bedrag van dit meerdere, telkens tot ten hoogste het gedeelte van de schuld dat de medeschuldenaar aangaat.
Dit lid specificeert dat wanneer één van de hoofdelijke schuldenaren een deel van de schuld betaalt (delgt) dat groter is dan zijn eigenlijke interne aandeel, er een bijdrageplicht ontstaat voor de andere medeschuldenaren. Iedere medeschuldenaar is dan verplicht bij te dragen aan dit 'meerdere' bedrag dat door de ene schuldenaar te veel is betaald. De bijdrage van elke medeschuldenaar is echter beperkt tot maximaal het bedrag van zijn of haar eigen interne aandeel in de totale schuld.
3. In door een hoofdelijke schuldenaar in redelijkheid gemaakte kosten moet iedere medeschuldenaar bijdragen naar evenredigheid van het gedeelte van de schuld dat hem aangaat, tenzij de kosten slechts de schuldenaar persoonlijk betreffen.
Dit betekent dat als een hoofdelijke schuldenaar kosten maakt die redelijk zijn, iedere andere medeschuldenaar hieraan moet meebetalen. De bijdrage van elke medeschuldenaar aan deze kosten wordt berekend in verhouding tot (naar evenredigheid van) het deel van de schuld dat die medeschuldenaar intern moet dragen. Een uitzondering hierop geldt als de gemaakte kosten uitsluitend de schuldenaar die ze gemaakt heeft persoonlijk aangaan.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2019:793
ECLI:NL:HR:2007:AZ3178
ECLI:NL:HR:2012:BU3784
ECLI:NL:HR:2014:831
ECLI:NL:HR:2015:661
ECLI:NL:HR:2012:BV6769
ECLI:NL:HR:2010:BM6095
ECLI:NL:HR:2014:2781
ECLI:NL:HR:2020:889 - Verjaring regresvordering verzekeraar: elke betaling start een nieuwe termijn
Een regresvordering van een verzekeraar (art. 7:961 lid 3 BW) ontstaat bij elke betaling die diens eigen draagplicht overschrijdt. Voor elke afzonderlijke betaling ontstaat een nieuwe regresvordering en start een eigen, aparte vijfjarige verjaringstermijn.