Artikel 106 (Bevoegdheid splitsing appartementsrechten en definities)
1. Een eigenaar, erfpachter of opstaller is bevoegd zijn recht op een gebouw met toebehoren en op de daarbij behorende grond met toebehoren te splitsen in appartementsrechten.
2. Een eigenaar, erfpachter of opstaller is eveneens bevoegd zijn recht op een stuk grond te splitsen in appartementsrechten.
3. Een appartementsrecht is op zijn beurt voor splitsing in appartementsrechten vatbaar. Een appartementseigenaar is tot deze ondersplitsing bevoegd, voor zover in de akte van splitsing niet anders is bepaald.
4. Onder appartementsrecht wordt verstaan een aandeel in de goederen die in de splitsing zijn betrokken, dat de bevoegdheid omvat tot het uitsluitend gebruik van bepaalde gedeelten van het gebouw die blijkens hun inrichting bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt. Het aandeel kan mede omvatten de bevoegdheid tot het uitsluitend gebruik van bepaalde gedeelten van de bij het gebouw behorende grond. In het geval van lid 2 omvat het aandeel de bevoegdheid tot het uitsluitend gebruik van bepaalde gedeelten van het stuk grond, die blijkens hun inrichting of aanduiding bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt.
5. Onder appartementseigenaar wordt verstaan de gerechtigde tot een appartementsrecht.
6. Onder gebouw wordt in deze titel mede verstaan een groep van gebouwen die in één splitsing zijn betrokken.
7. Een erfpachter of opstaller is tot een splitsing in appartementsrechten slechts bevoegd na verkregen toestemming van de grondeigenaar. Indien deze de vereiste toestemming kennelijk zonder redelijke grond weigert of zich niet verklaart, kan de toestemming op verzoek van degene die haar behoeft worden vervangen door een machtiging van de kantonrechter van de rechtbank van het arrondissement waarin het gebouw of het grootste gedeelte daarvan is gelegen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Een eigenaar, erfpachter of opstaller is bevoegd zijn recht op een gebouw met toebehoren en op de daarbij behorende grond met toebehoren te splitsen in appartementsrechten.
Dit lid bepaalt dat een eigenaar, een erfpachter of een opstaller de bevoegdheid heeft om zijn recht op een gebouw, inclusief de bijbehorende zaken (toebehoren), en op de grond die bij dat gebouw hoort, eveneens inclusief de bijbehorende zaken (toebehoren), te verdelen (splitsen) in appartementsrechten.
2. Een eigenaar, erfpachter of opstaller is eveneens bevoegd zijn recht op een stuk grond te splitsen in appartementsrechten.
Dit lid stelt dat een eigenaar, een erfpachter of een opstaller ook de bevoegdheid heeft om zijn recht op een stuk grond te verdelen (splitsen) in appartementsrechten.
3. Een appartementsrecht is op zijn beurt voor splitsing in appartementsrechten vatbaar. Een appartementseigenaar is tot deze ondersplitsing bevoegd, voor zover in de akte van splitsing niet anders is bepaald.
Dit lid geeft aan dat een appartementsrecht zelf ook weer gesplitst kan worden in verdere appartementsrechten (ondersplitsing). Een appartementseigenaar heeft de bevoegdheid tot deze ondersplitsing, tenzij de akte van splitsing anders voorschrijft (bepaalt).
4. Onder appartementsrecht wordt verstaan een aandeel in de goederen die in de splitsing zijn betrokken, dat de bevoegdheid omvat tot het uitsluitend gebruik van bepaalde gedeelten van het gebouw die blijkens hun inrichting bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt. Het aandeel kan mede omvatten de bevoegdheid tot het uitsluitend gebruik van bepaalde gedeelten van de bij het gebouw behorende grond. In het geval van lid 2 omvat het aandeel de bevoegdheid tot het uitsluitend gebruik van bepaalde gedeelten van het stuk grond, die blijkens hun inrichting of aanduiding bestemd zijn of worden om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt.
Dit lid definieert een appartementsrecht als een aandeel in de goederen die bij de splitsing betrokken zijn. Dit aandeel geeft de bevoegdheid om bepaalde delen van het gebouw exclusief te gebruiken, welke delen volgens hun inrichting bestemd zijn of zullen worden om als een zelfstandige eenheid (afzonderlijk geheel) te worden gebruikt. Dit aandeel kan ook de bevoegdheid omvatten tot het exclusief gebruiken van bepaalde delen van de grond die bij het gebouw hoort. In de situatie zoals beschreven in lid 2 (splitsing van enkel een stuk grond), omvat het aandeel de bevoegdheid tot het exclusief gebruiken van bepaalde delen van dat stuk grond, die volgens hun inrichting of aanduiding bestemd zijn of zullen worden om als een zelfstandige eenheid (afzonderlijk geheel) te worden gebruikt.
5. Onder appartementseigenaar wordt verstaan de gerechtigde tot een appartementsrecht.
Dit lid definieert een appartementseigenaar als de persoon die gerechtigd is tot een appartementsrecht.
6. Onder gebouw wordt in deze titel mede verstaan een groep van gebouwen die in één splitsing zijn betrokken.
Dit lid verduidelijkt dat onder de term 'gebouw' in deze titel (Titel 9. Appartementsrechten) ook een groep van gebouwen wordt verstaan die in één enkele splitsingsprocedure betrokken zijn.
7. Een erfpachter of opstaller is tot een splitsing in appartementsrechten slechts bevoegd na verkregen toestemming van de grondeigenaar. Indien deze de vereiste toestemming kennelijk zonder redelijke grond weigert of zich niet verklaart, kan de toestemming op verzoek van degene die haar behoeft worden vervangen door een machtiging van de kantonrechter van de rechtbank van het arrondissement waarin het gebouw of het grootste gedeelte daarvan is gelegen.
Dit lid bepaalt dat een erfpachter of een opstaller alleen bevoegd is tot een splitsing in appartementsrechten nadat hij toestemming heeft verkregen van de grondeigenaar. Als de grondeigenaar deze noodzakelijke (vereiste) toestemming duidelijk (kennelijk) zonder een goede (redelijke) grond weigert, of als de grondeigenaar geen reactie geeft (zich niet verklaart), dan kan de toestemming, op verzoek van degene die de toestemming nodig heeft (behoeft), worden vervangen door een machtiging van de kantonrechter. Deze kantonrechter is verbonden aan de rechtbank van het arrondissement waar het gebouw, of het grootste deel ervan, zich bevindt (is gelegen).