Artikel 32 (Uitsluiting vruchtgebruik echtgenoot bij echtscheiding)
De echtgenoot kan geen aanspraak maken op vestiging van het vruchtgebruik ingevolge de artikelen 29 en 30, wanneer een procedure tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed van de erflater en de echtgenoot meer dan een jaar voor het openvallen van de nalatenschap was aangevangen en de echtscheiding of de scheiding van tafel en bed ten gevolge van het overlijden van de erflater niet meer tot stand heeft kunnen komen. De eerste zin blijft buiten toepassing indien de omstandigheid dat de echtscheiding of de scheiding van tafel en bed niet meer tot stand heeft kunnen komen, niet in overwegende mate de echtgenoot kan worden aangerekend.
Uitleg in duidelijke taal
De echtgenoot kan geen aanspraak maken op vestiging van het vruchtgebruik ingevolge de artikelen 29 en 30, wanneer een procedure tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed van de erflater en de echtgenoot meer dan een jaar voor het openvallen van de nalatenschap was aangevangen en de echtscheiding of de scheiding van tafel en bed ten gevolge van het overlijden van de erflater niet meer tot stand heeft kunnen komen. De eerste zin blijft buiten toepassing indien de omstandigheid dat de echtscheiding of de scheiding van tafel en bed niet meer tot stand heeft kunnen komen, niet in overwegende mate de echtgenoot kan worden aangerekend.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2023:778 - Achteraf-betaalservice: wanneer is uitstel van betaling een consumentenkrediet?
De Hoge Raad kwalificeert een achteraf-betaalservice als kredietovereenkomst. Een 'payment fee' telt als kredietkost. De vraag of wettelijke vertragingsrente en incassokosten ook als kredietkosten gelden, en daarmee de meeste achteraf-betaalservices onder de richtlijn vallen, wordt voorgelegd aan het Hof van Justitie EU.
ECLI:NL:HR:2023:1006 - AfterPay: Vallen incassokosten en vertragingsrente onder de Richtlijn consumentenkrediet?
De Hoge Raad vraagt het HvJEU of vertragingsrente en incassokosten 'kosten van het krediet' zijn. Dit antwoord bepaalt of achteraf-betaaldiensten zoals AfterPay onder de strenge regels van de Richtlijn consumentenkrediet vallen of onder een uitzondering voor krediet met onbetekenende kosten.