Terug naar bibliotheek
Boek 4. Erfrecht
Titel 6. Gevolgen van de erfopvolging
Afdeling 4. Verdeling van de nalatenschap
Artikel 233

Artikel 233 (Verplichting inbreng giften nalatenschap)

Laatste versie

1. Verplichting tot inbreng betekent dat bij de verdeling van de nalatenschap de waarde van de gift in mindering komt van het aandeel van de tot inbreng verplichte erfgenaam in het hem en de erfgenamen, te wier behoeve de inbreng verplicht is, uit de nalatenschap toekomende gedeelte, vermeerderd met de onderling in te brengen bedragen. De waarde van de giften wordt berekend op de wijze als uit artikel 66 voortvloeit; deze waarde wordt verhoogd met een rente van zes procent per jaar vanaf de dag dat de nalatenschap is opengevallen. De artikelen 68 en 70 lid 3 zijn van overeenkomstige toepassing.

2. Inbreng is niet verplicht voor zover de waarde van de gift groter is dan het aandeel van de erfgenaam.

Uitleg in duidelijke taal

1. Verplichting tot inbreng betekent dat bij de verdeling van de nalatenschap de waarde van de gift in mindering komt van het aandeel van de tot inbreng verplichte erfgenaam in het hem en de erfgenamen, te wier behoeve de inbreng verplicht is, uit de nalatenschap toekomende gedeelte, vermeerderd met de onderling in te brengen bedragen. De waarde van de giften wordt berekend op de wijze als uit artikel 66 voortvloeit; deze waarde wordt verhoogd met een rente van zes procent per jaar vanaf de dag dat de nalatenschap is opengevallen. De artikelen 68 en 70 lid 3 zijn van overeenkomstige toepassing.

Dit betekent dat wanneer er een verplichting tot inbreng bestaat, bij de verdeling van de nalatenschap de waarde van de gift wordt afgetrokken (in mindering komt) van het aandeel van de erfgenaam die tot inbreng verplicht is. Dit aandeel wordt berekend over het gedeelte dat deze erfgenaam en de erfgenamen, te wier behoeve de inbreng verplicht is, uit de nalatenschap toekomt. Dit toekomende gedeelte wordt vermeerderd met de bedragen die onderling in te brengen zijn. De waarde van de giften wordt berekend op de manier zoals beschreven in artikel 66. Deze waarde wordt verhoogd met een rente van zes procent per jaar, te rekenen vanaf de dag dat de nalatenschap is opengevallen. De bepalingen van artikelen 68 en 70 lid 3 zijn van overeenkomstige toepassing.

2. Inbreng is niet verplicht voor zover de waarde van de gift groter is dan het aandeel van de erfgenaam.

Dit betekent dat inbreng niet verplicht is in de situatie en in de mate waarin de waarde van de gift meer bedraagt dan het aandeel dat de erfgenaam uit de nalatenschap ontvangt.