Artikel 150 (Beëindiging executeursbeheer)
1. Een executeur die zijn taak, met het oog waarop hem het beheer was opgedragen, heeft volbracht, is bevoegd zijn beheer te beëindigen door de goederen ter beschikking van de erfgenamen te stellen.
2. De erfgenamen kunnen de bevoegdheid van een executeur tot beheer beëindigen:
a. na voldoening van de schulden der nalatenschap en nakoming der lasten, waarvan de afwikkeling reeds tot zijn taak behoort of nog binnen het jaar na het overlijden van de erflater tot zijn taak zou kunnen gaan behoren; b. wanneer een jaar en zes maanden is verlopen sedert een of meer der executeurs de nalatenschap in beheer hebben kunnen nemen. De kantonrechter kan deze termijn, ook na het verstrijken daarvan, op verzoek van een executeur een of meer malen verlengen.
3. Wanneer de erfgenamen de nodige middelen voor de in lid 2 onder a bedoelde afwikkeling ter beschikking van de executeur stellen, kunnen zij zijn beheersbevoegdheid voor het overige beëindigen.
4. Zijn niet alle erfgenamen bekend of niet allen bereid de goederen in ontvangst te nemen, dan zijn de artikelen 225 en 226 van overeenkomstige toepassing.
Uitleg in duidelijke taal
1. Een executeur die zijn taak, met het oog waarop hem het beheer was opgedragen, heeft volbracht, is bevoegd zijn beheer te beëindigen door de goederen ter beschikking van de erfgenamen te stellen.
Dit betekent dat een executeur die de taak, waarvoor hem het beheer was toevertrouwd (opgedragen
), heeft afgerond (volbracht
), de bevoegdheid heeft om zijn beheer te stoppen (beëindigen
) door de goederen van de nalatenschap aan de erfgenamen te geven (ter beschikking van de erfgenamen te stellen
).
2. De erfgenamen kunnen de bevoegdheid van een executeur tot beheer beëindigen:
Dit lid geeft aan dat de erfgenamen de beheersbevoegdheid van een executeur kunnen stopzetten (beëindigen
) onder de volgende voorwaarden:
a. na voldoening van de schulden der nalatenschap en nakoming der lasten, waarvan de afwikkeling reeds tot zijn taak behoort of nog binnen het jaar na het overlijden van de erflater tot zijn taak zou kunnen gaan behoren;
Dit kan gebeuren nadat de voldoening van de schulden der nalatenschap
heeft plaatsgevonden en de nakoming der lasten
is geschied, waarvan de afwikkeling
reeds tot zijn taak behoort of nog binnen het jaar na het overlijden van de erflater tot zijn taak zou kunnen gaan behoren.
b. wanneer een jaar en zes maanden is verlopen sedert een of meer der executeurs de nalatenschap in beheer hebben kunnen nemen. De kantonrechter kan deze termijn, ook na het verstrijken daarvan, op verzoek van een executeur een of meer malen verlengen.
Dit kan ook wanneer er één jaar en zes maanden is verlopen
sinds één of meer executeurs de nalatenschap in beheer hebben kunnen nemen
. De kantonrechter
heeft de mogelijkheid om deze termijn
, op verzoek van een executeur, één of meerdere keren te verlengen
, zelfs nadat de oorspronkelijke termijn al is afgelopen (verstrijken
).
3. Wanneer de erfgenamen de nodige middelen voor de in lid 2 onder a bedoelde afwikkeling ter beschikking van de executeur stellen, kunnen zij zijn beheersbevoegdheid voor het overige beëindigen.
Dit lid stelt dat als de erfgenamen de nodige middelen
voor de in lid 2 onder a bedoelde afwikkeling
aan de executeur ter beschikking stellen
, zij zijn beheersbevoegdheid voor het overige
mogen beëindigen
.
4. Zijn niet alle erfgenamen bekend of niet allen bereid de goederen in ontvangst te nemen, dan zijn de artikelen 225 en 226 van overeenkomstige toepassing.
Dit lid bepaalt dat indien niet alle erfgenamen bekend
zijn, of als niet allen bereid
zijn de goederen in ontvangst te nemen
, de artikelen 225 en 226 van overeenkomstige toepassing
zijn.