Terug naar bibliotheek
Boek 3. Vermogensrecht in het algemeen
Titel 9. Rechten van pand en hypotheek
Afdeling 2. Pandrecht
Artikel 245

Artikel 245 (Bevoegdheid rechtsvorderingen bescherming verpand goed)

Laatste versie

Tot het instellen van rechtsvorderingen tegen derden ter bescherming van het verpande goed is zowel de pandhouder als de pandgever bevoegd, mits hij zorg draagt dat de ander tijdig in het geding wordt geroepen.

Uitleg in duidelijke taal

Tot het instellen van rechtsvorderingen tegen derden ter bescherming van het verpande goed is zowel de pandhouder als de pandgever bevoegd, mits hij zorg draagt dat de ander tijdig in het geding wordt geroepen.

Dit artikel bepaalt dat zowel de pandhouder als de pandgever bevoegd zijn om rechtsvorderingen tegen derden in te stellen ter bescherming van het verpande goed. Deze bevoegdheid geldt mits degene die de rechtsvordering instelt, zorg draagt dat de ander (de pandgever respectievelijk de pandhouder) tijdig in het geding wordt geroepen.