Artikel 113 (Inbezitneming door verschaffing feitelijke macht)
1. Men neemt een goed in bezit door zich daarover de feitelijke macht te verschaffen.
2. Wanneer een goed in het bezit van een ander is, zijn enkele op zichzelf staande machtsuitoefeningen voor een inbezitneming onvoldoende.
Uitleg in duidelijke taal
1. Men neemt een goed in bezit door zich daarover de feitelijke macht te verschaffen.
Dit betekent dat een persoon een goed in bezit neemt door de feitelijke macht over dat goed voor zichzelf te verkrijgen (zich te verschaffen).
2. Wanneer een goed in het bezit van een ander is, zijn enkele op zichzelf staande machtsuitoefeningen voor een inbezitneming onvoldoende.
Dit houdt in dat, indien een goed reeds in het bezit van een ander is, het uitoefenen van slechts enkele op zichzelf staande machtsuitoefeningen niet voldoende is (oftewel: onvoldoende zijn) om van een inbezitneming te spreken.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2017:309 - Verjaring van Grond: Eigendomsverlies is Onrechtmatige Daad
Eigendomsverkrijging door een bezitter te kwader trouw (art. 3:105 BW) is mogelijk, ook als de eigenaar het land had moeten inspecteren om de inbezitneming te ontdekken. De voormalig eigenaar kan vervolgens wel schadevergoeding vorderen op grond van onrechtmatige daad, eventueel in de vorm van teruglevering van de grond.
ECLI:NL:HR:2015:2743
ECLI:NL:HR:2023:784
ECLI:NL:HR:2011:BQ5989
ECLI:NL:HR:2009:BJ7836
ECLI:NL:HR:2017:1268 - Verkrijgende verjaring: bezitsoverdracht door een voorganger en de beoordeling van bezitsdaden.
Bij een beroep op verkrijgende verjaring moet de rechter ook onderzoeken of de rechtsvoorganger van de eiser al bezitter was en dit bezit heeft overgedragen. Het negeren van deze stelling en uitsluitend focussen op latere inbezitneming is een onjuiste rechtsopvatting.